dekking correct gemonteerd zijn.
• Vergewis u dat het apparaat bij het
starten en tijdens het werk niet met
de grond, met stenen, met draad of
met andere vreemde voorwerpen in
aanraking komt. Schakel de motor-
stokzaag uit voordat u deze neerzet.
• Het apparaat is voor het gebruik met
twee handen voorzien. Werk nooit
met één hand.
• Let bij het zagen op een veilige
stand. Werk niet op een ladder, in
een boom of op instabiele locaties.
Gebruik de bijgeleverde draagriem.
Wees bij het werken op een helling
zeer voorzichtig. U zou het evenwicht
kunnen verliezen.
• Leid het netsnoer in principe tot
achter de bedieningspersoon. Het
snoer moet altijd naar achter van de
motorstokzaag weg gaan.
• Let er bij een verandering van loca-
tie op dat het apparaat uitgescha-
keld is en uw vinger de schakelaar
"Aan/uit" niet aanraakt. Draag het
apparaat met naar achter gericht(e)
ketting en zwaard. Breng voor het
transport de zwaardbeschermhoes
aan.
• Breng bij iedere snede de klauwaan-
slag vast aan en begin pas dan te
zagen.
• Wees bij het zagen van kleine strui-
ken en takken uiterst voorzichtig.
De dunne takken kunnen in de zaag
verstrikt raken en uw richting uit slaan
of u uit uw evenwicht brengen.
• Snoei geen op de grond liggend
hout.
• Let bij het zagen van een onder
spanning staande tak op een moge-
lijke terugslag wanneer de spanning
van het hout plots afneemt. Er be-
staat gevaar voor verwondingen.
• Tracht niet, wanneer het zaagge-
reedschap schuin komt te staan of
in takken gekneld raakt, het appa-
raat met geweld te bevrijden. Scha-
kel het apparaat onmiddellijk uit en
pas na het verwijderen van de blok-
kade weer in. Er bestaat gevaar voor
verwondingen!
• Volg de aanwijzingen voor de sme-
ring, de kettingspanning en de wis-
sel van toebehoren op. Een onoor-
deelkundig gespannen of gesmeerde
ketting kan ofwel breken, ofwel het
risico op terugslag verhogen.
Veiligheidsmaatregelen tegen
terugslag
Opgepast terugslag! Let tijdens
het werken op terugslag van de
machine. Er bestaat verwonding-
gevaar. U kan terugslag vermijden
door behoedzaamheid en de juiste
zaagtechniek.
a
Bild 1
• Terugslag kan zich voordoen wanneer
het uiteinde van de geleiderail een
voorwerp raakt of wanneer het hout
kromt en de kettingzaag in de snede
vastklemt (zie afb. b).
• Een aanraking met het uiteinde van de
rail kan in sommige gevallen tot een
onverwachte, achterwaarts gerichte
reactie leiden, waarbij de geleiderail
opwaarts en in de richting van de met
de bediening belaste persoon geslagen
wordt (zie afb. a).
NL
b
73