6. PROBLEEMOPLOSSING
Herstellingen moeten steeds uitgevoerd worden door een erkende elektro-installateur.
1. Controleer bij problemen altijd eerst met een multimeter of de volgende spanningen aanwezig zijn:
• tussen b en a: ca. +24 VDC
• tussen b en P: ca. +24 VDC
• tussen M en P: ca. +24 VDC
• tussen M en V1 of V2: ca. +5 VDC.
2. Is het toestelprobleem niet verholpen, doorloop dan onderstaande lijst van mogelijke problemen.
Probleem
Het videobeeld is zwart/wit.
De kleuren van het videobeeld
zijn te fel of het beeld is in het
algemeen te helder.
De kleuren van het videobeeld
hebben geen contrast.
NL
Oorzaak
De kleurverzadiging op de binnenpost
werd te laag ingesteld.
Het signaalniveau van het videosignaal is
te laag (< 1 Vpp).
De lichtintensiteit blijft onder de
minimumwaarde van 10 lux waardoor de
camera overschakelt naar zwart/wit.
De kleurintensiteit werd te hoog
ingesteld.
De helderheid werd te hoog ingesteld.
De sterkte van het videosignaal is te
hoog (oversturing).
De afsluitweerstand op het einde van de
kabel is niet geplaatst.
De sterkte van het videosignaal is niet
hoog genoeg.
Oplossing
Pas het contrast of de kleurverzadiging
aan in de configuratiesoftware (in
ontwikkeling).
Je kunt het videosignaal onder meer
regelen op een videosplitter. Raadpleeg
de productinformatie van de videosplitter
voor meer informatie.
De cameramodule van de buitenpost
is onderbelicht. Zorg voor voldoende
belichting.
Verlaag de kleurintensiteit in de
configuratiesoftware (in ontwikkeling).
Verlaag de helderheid manueel of in de
configuratiesoftware (in ontwikkeling).
Verlaag het videosignaal (dit werkt
enkel indien de afsluitweerstand op de
binnenpost correct geplaatst is,
zie § 4.2. en fig. 4).
Zie § 4.2. (fig. 4).
De maximale kabellengte tussen
twee actieve videocomponenten werd
overschreden. Controleer of het aantal
aangesloten videobinnenposten het
toegelaten aantal posten per kabel niet
overschrijdt.
10-575
6