"Verwarming" start. Deze modus kunt u verlaten door op de knop "On/Off" te
drukken. Daarna start de modus "Verwarming" op. De "Uitgestelde start" kunt u
instellen voor een periode van 01 tot 96 uur.
Uitschakelen van de modus "Verwarming"
De modus "Verwarming" kunt u verlaten door het druken op de knop "On/Off".
De brander wordt uitgeschakeld, als die ingeschakeld was, de rode led gaat uit.
De display toont de kamertemperatuur .
Functie "Vorstbeveiliging"
Als de kamertemperatuur tot beneden 5 graden dealt en de convector
uitgeschakeld is (de rode led is uit, maar de schakelaar is in positie "I" (Aan)
de brander automatisch opstarten om het systeem tegen vorst te beschermen.
Opmerking: De instelling van een temperatuurcorrectie van de
temperatuurvoeler is niet mogelijk in deze functie.
Activeren en deactiveren van de functie:
•
de functie is automatisch ingeschakeld
•
deactiveren van de functie –als de convector in modus "Uitgeschakeld"
is, klik tegelijkertijd op de knoppen
– op de display begint „ON" te knipperen, druk op de knop
„OFF" verschijnt, wacht 3 seconden af en de functie zal automatisch
gedeactiveerd worden.
•
activeren van de functie – als de convector in modus "Uitgeschakeld"
is, klik tegelijkertijd op de knoppen
– op de display begint „OFF" te knipperen, druk op de knop
„ON" verschijnt, wacht 3 seconden af en de functie zal automatisch
geactiveerd worden.
Functie temperatuurcorrectie van de voeler
Vanwege de specifieke temperatuur in de verschillende ruimtes kan
op de display getoonde en de werkelijk gemeten temperatuur niet
overeenstemmen afhankelijk van de plaats, waarop het verwarmingstoestel
in de kamer geplaatst is.
•
Controleer de temperatuur, die op de toesteldisplay wordt getoond
•
Meet de temperatuur op een plaats, waar de temperatuur genoeg
"confortabel" voor u is (gewoonlijk op een hoogte van 60 cm van de
vloer, als u zittend bent). Bij vastgesteld verschil van ±4°С kunt u de
nodige correcte in het menu van de convector aanbrengen (Belangrijke
voorwaarde – de functie kan ingesteld worden alleen na tempereren van
de ruimte – het tempereren kan tot 7 uur duren afhankelijk van de ruimte).
Opmerking: deze functie wordt gebruikt voor beter temperatuurcomfort en
energiebesparing in de ruimte, waar zich de convector bevindt. Een verschil
groter dan ±4°C tussen de gemeten temperatuur op de gewenste plaats in de
kamer betekent dat de kamer, waar u de convector gebruikt niet goed geïsoleerd is
of niet goed getempereerd is.
Voorbeeld: convector geplaatst in een ruimte met een stenen vloer – weergave
op de display 18°C (bij ingestelde 22°C), werkelijk gemeten temperatuur (gevoel
van comfort) 22°C op een hoogte van 60 cm van de vloer - > in dat geval zal de
convector de ruimte blijven verwarmen (dat is direct energieverlies, maar de
convector kan de ingestelde temperatuur niet bereiken, omdat hij de temeratuur
beneden bij de vloer meet) en zal nooit uitgeschakeld worden. In dit geval is
het nodig een temperatuurcorrectie van +4°C van de voeler in te stellen – in dat
geval zal de convector 22°C tonen en wordt uitgeschakeld – en zal de gewenste
temperatuur van 22°C behouden.
Het normale toestand van de functie is 0°C
•
als u de waarde wilt veranderen –als de convector in modus "Uitgeschakeld"
is, klik tegelijkertijd op de knoppen
de display begint „0°C" te knipperen, druk op de knop
de display de temperatuurwaarde van „-4oC" tot „4oC" verschijnt, wacht 3
seconden af en de functie zal automatisch opgeslagen worden.
•
als u de temperatuurcorrectie wilt controleren – als de convector
in modus "Uitgeschakeld" is, klik tegelijkertijd op de knoppen
en"On/Off" voor drie seconden – op de display begint de ingestelde
temperatuur te knipperen, druk op de knop
temperatuurwaarde van „-4°C" tot „4°C" selecteert.
Opmerking: na herstellen van de fabrieksinstellingen moet u opnieuw de
temperatuurcorrectie instellen, de fabrieksinstelling is 0°C.
Adaptieve start
•
de adaptieve startcontrole is een functie, die de optimale start van de
verwarming plant en initieert, om de gekozen temperatuur in de gewenste
tijdstip te bereiken
•
de functie is automatisch geactiveerd
Nederlands
), zal
en "On/Off" voor drie seconden
, totdat
en"On/Off" voor drie seconden
, totdat
en "On/Off" voor drie seconden – op
of
, totdat op
of
, totdat u een nieuwe
•
als u de waarde wilt veranderen – als de convector in modus
"Uitgeschakeld" is, klik tegelijkertijd op de knoppen „ " en "Timer" voor
drie seconden – op de display begint „A_On" te knipperen, druk op de
knop „ ", totdat op de display „AOFF" verschijnt, wacht 3 seconden af en
de functie zal automatisch opgeslagen worden.
•
Om de fuctie opnieuw te activeren –als de convector in modus
"Uitgeschakeld" is, klik tegelijkertijd op de knoppen
drie seconden – op de display begint „AOFF" te knipperen, druk op de
knop
, totdat op de display „A_On" verschijnt, wacht 3 seconden af en
de functie zal automatisch opgeslagen worden.
Deze functie wordt naar uw voorkeur ingesteld. Het toestel volgt de
geselecteerde "comfort" temperatuur en bereikt stabiele toestand na 17 uur
– deze temperatuur is een referentie-comforttemperatuur. Er moet ook een
periode van minimum 7 uur met lagere dan de comforttemperatuur met een
verschil van 4°C ± 1°C ingesteld worden. Bij geactiveerde adaptieve start – laat de
elektronische thermoregelaar van het toestel in 4 cycli (4 х 24 uur) werken - met
comfortcycli (17 uur) en lagere temperatuur (7 uur). Na de laatste cyclus met
lagere temperatuur moet de comforttemperatuur met ±30 minuten afwijking
van de ingestelde tijd bereikt worden – met een maximumverschil van ±1°C van
de referentie-comforttemperatuur.
"Kinderbeveiliging"
U kunt de drukknoppen vergrendelen door tegelijkertijd op de pijl
knop "Timer" te drukken, om een verandering van de instellingen te voorkomen.
De functie wordt aangeduid door het branden van de groene led boven het
"slot"- icoontje. Herhaal de stappen voor ontgrendelen van de drukknoppen.
Opmerking: als u bij vergrendeld toestenbord op de knoppen drukt, moet op
de display „LOC_" verschijnen.
"Open raam"
Het toestel is voorzien met een ingebouwde elektronische inrichting, die
automatisch de verwarming uitschakelt, wanneer drastische daling van de
kamertemperatuur wordt detecteert bij open raam of deur. Bij stijgen van de
kamertemperatuur wordt de verwarming automatisch hersteld. Om de functie
te activeren, druk op de knop "Raam", een groene led begint te knipperen.
Als het groene licht onafgebroken brandt, verwarmt het toestel niet. Voor
deactiveren van de functie "Open raam" druk op de knop "Raam".
Opmerking: als de functie "Open raam" geactiveerd is, werkt de functie
"Vorstbeveiliging" niet!
Instelling van het "Weekprogramma 24/7"
Opmerking: De instellingen in de modus "Weekprogramma" zijn alleen
mogelijk, als op het toestel de uur en de dag van de week zijn ingevoerd.
Activeren en deactiveren van deze modus gebeurt als u de knop "Timer"
ingedrukt houdt.
De in te stellen parameters zijn drie – dag van de week, uur en temperatuur,
waarbij de overschakeling naar een andere parameter gebeurt door korte
druk op de knop "Timer" in de volgorde dag, uur, temperatuur. De keuze wordt
opgeslagen door korte druk op de knop "Timer" na het instellen van de laatste
parameter – temperatuur.
De verandering van de waarde van elke parameter gebeurt door de
knoppen
en
.
Voorwaarden voor de instelling
a. Wanneer de waarde van een punt opgeslagen is, kan dit punt veranderd
worden pas na het verlaten van het menu.
b. Als u de instelling van het eerste referentiepunt op een dag opslaat, worden
alle andere punten voor dezelfde dag vooraf verwijderd.
c. Instelling van de volgende punten voor de gekozen dag is mogelijk alleen voor
de uren tot het einde van de dag na het laatst ingestelde punt.
d. Als u de instelling voor de laatste uur van de dag – 23.5h heeft opgeslagen,
kunt u geen veranderingen meer maken in het gekozen menu. Op de display
verschijnt de tekst FUL en het nummer van de dag.
e. Als er op een dag geen instellingen worden opgeslagen, wordt voor deze dag
de voorheen gemaakte keuze bewaard.
De bedoeling van deze modus is de drie parameters in de zogenaamde
referentiepunten (SET POINTS) op te slaan, waarbij de geselecteerde temperatuur
voor elk referentiepunt wordt gevolgd totdat het volgende punt wordt bereikt.
Voorbeeld: Als u op een bepaalde dag om 7 uur de temepratuur op 22°C heeft
ingesteld en deze temperatuur moet worden behoudt tot 19 uur (om die tijd
moet die 23°С worden), hoeft u de temperatuur voor elke afzonderlijke uur tot
19 uur niet in te stellen, maar u moet alleen de temperatuur 23°С om 7 uur en de
temperatuur 23°С om 19 uur opslaan. Op die manier blijft de temperatuur in deze
periode (7-19 uur) 22°C.
Gebruikers - en opslaghandleiding van paneelconvector
NL
en "Timer" voor
en op de
143