i
Spanningsonderbreker aansluiten
Installatie-automaat voor het fornuis/de
kookplaat uitschakelen.
Bevestigingsschroeven (14) van het deksel
van de behuizing (13) losdraaien en het
deksel verwijderen.
Uitbreekopening voor inbouwmontage (16)
of opbouwmontage (25) aanleggen.
Apparaatschroeven (14) van de inbouw-/
holle-wand-doos losdraaien.
Voedingskabel van het fornuis (17) de span-
ningsonderbreker binnenleiden (24).
Spanningsonderbreker boven de inbouw-/
holle-wand-doos plaatsen en met apparaat-
schroeven (15) bevestigen.
Bij opbouwmontage wordt de voedingskabel
van het fornuis door de tweede uitbreekope-
ning (25) geleid en het apparaat bijvoorbeeld
op de muur achter het fornuis gemonteerd.
Fornuisbewaker 3-fasig aansluiten
Bij aansluiting van een aparte kookplaat
moeten de aansluitklemmen L1 en L2 wor-
den gebruikt.
Indien een afzonderlijke kookplaat wordt
aangesloten, moet de derde, vrije kabelader
conform de installatievoorschriften worden
geïsoleerd.
De N-draden worden met de meegeleverde
verdeelklemmen verbonden (alleen 3-fasige
variant).
Voedingskabel 3-fasig van het fornuis (17)
op de aansluitklemmen IN (19 ... 23) van de
spanningsonderbreker aansluiten. Daarbij
eerst de aardleiding aansluiten.
68
Aansluitleiding (27) door de kabelinvoer (10)
leiden.
Trekontlasting (26) tot stand brengen.
De aansluitleiding 3-fasig (27) op de
aansluitklemmen OUT (19 ... 23) van de
spanningsonderbreker aansluiten. Daarbij
eerst de aardleiding aansluiten.
OF:
Fornuisbewaker 1-fasig aansluiten
Voedingskabel 1-fasig van het fornuis (17)
op de aansluitklemmen IN (22/23/29) van de
spanningsonderbreker aansluiten. Daarbij
eerst de aardleiding aansluiten.
Aansluitleiding (30) door de kabelinvoer (10)
leiden.
Trekontlasting (26) tot stand brengen.
De aansluitleiding 1-fasig (30) op de
aansluitklemmen OUT (22/23/28) van de
spanningsonderbreker aansluiten. Daarbij
eerst de aardleiding aansluiten.
Optioneel: watermelder in de aansluitbus (12)
van de spanningsonderbreker (9) steken (zie
Montage watermelder).
Deksel van de behuizing (13) met behulp
van de bevestigingsschroeven (14) aan het
ondergedeelte van de behuizing bevestigen.
Optioneel: externe signaalgever op het
potentiaalvrije contact (18) aansluiten (af-
beelding 6).
Installatie-automaat voor het fornuis/de
kookplaat weer inschakelen.