4.5 Radiotest uitvoeren
Met de radiotest kan de communicatie tussen het basisstation en het kamerbedienings-
toestel getest worden. De radiotest dient vanaf de geplande montageplaats van het
kamerbedieningstoestel uitgevoerd te worden.
9 Het basisstation mag zich niet in de pairing-modus bevinden.
¾ De radiotest aan het kamerbedieningstoestel starten (zie handboek kamerbedie-
ningstoestel).
9 De aan het kamerbedieningstoestel verbonden verwarmingszone wordt gedurende
1 minuut aangestuurd en hierdoor al naargelang de bedrijfstoestand in- of uitge-
schakeld.
9 Gebeurt geen aansturing, zijn de ontvangstomstandigheden ongunstig. Ga als volgt
te werk:
¾ Wijzig, rekening houdend met de montagebepalingen van het kamerbedie-
ningstoestel, de montagepositie, tot u een ontvangstsignaal krijgt of
¾ gebruik het optionele accessoire „Actieve antenne" of „Repeater" voor de ver-
sterking van het radiosignaal. Voor de installatie zie het betreffende handboek.
4.6 Systeemconfiguratie
De configuratie van het basisstation gebeurt naar keuze via MicroSD kaart, de software-
oppervlakken van de Ethernet-variante of de serviceniveaus van het kamerbedieningstoe-
stel Funk Display.
4.6.1 Systeemconfiguratie met microSD kaart
Via de EZR Manager SD card onder www.ezr-home.de kunnen individuele instellingen
gebeuren en per microSD-kaart in het basisstation overgedragen worden. Vanaf de
softwareversie 01.70 herkent het basisstation microSD-kaarten >2 GB met de formaten
FAT16 of FAT32.
¾ Open www.ezr-home.de via de webbrowser van uw PC, selecteer EZR Manager SD
Card en volg de aanwijzingen online.
¾ De microSD-kaart met de geactualiseerde gegevens in het basisstation steken.
¾ De overdrachthandeling start automatisch en kopieert de geactualiseerde gegevens
in het basisstation.
¾ Gedurende de overdrachthandeling knippert de LED „syBUS".
¾ Bij succesvolle gegevensoverdracht gaat de LED „syBUS" uit.
4.6.2 Configuratie met kamerbedieningstoestel Funk Display
Het serviceniveau van het kamerbedieningstoestel Funk Display is beveiligd door een
PIN-code en mag uitsluitend door gemachtigde vaklui gebruikt worden.
Opgelet! Foute configuraties leiden tot fouten en schade aan de installatie.
¾ Draaiknop indrukken.
¾ Menu „Serviceniveau" selecteren en door indrukken activeren.
¾ 4-cijferige PIN (standaard: 1234) door draaien en indrukken invoeren.
¾ Parameters (PAr) door opnieuw indrukken selecteren en nummercode van de ge-
wenste parameter (zie volgende tabel) invoeren.
¾ Parameter volgens behoefte wijzigen en door indrukken bevestigen.
DEU
ENG
FRA
NDL
ITA
ESP
89