3.2 De apparatuur plaatsen
3.2.1 Omgeving
De apparatuur moet binnen worden geplaatst in een omgeving die beschermt tegen direct zonlicht, vocht en stof. Veranderingen van
temperatuur, luchtvochtigheid, en luchtvervuiling hebben invloed op de omgeving waarin de apparatuur werkt en kunnen de veiligheid en werking
aantasten. Het is de verantwoordelijkheid van de klant om ervoor te zorgen dat de beschreven omgevingsvoorwaarden voor de apparatuur
behouden blijven.
Door de aard van de handeling is het mogelijk dat er zuurstofverrijking rond de generator optreedt. Zorg ervoor dat het gebied goed
geventileerd is. Waar het risico op zuurstofverrijking hoog is, zoals in een krappe of slecht geventileerde ruimte, wordt het gebruik van
een zuurstofmonitor aanbevolen.
3.2.2 Eisen ruimte
De apparatuur moet waterpas worden gemonteerd op een vlak oppervlak dat minimaal het eigen gewicht plus het gewicht van alle hulponderdelen
kan dragen. De minimale eisen voor de voetafdruk staan hieronder beschreven, maar er moet ook voldoende ruimte rondom de apparatuur
worden gehouden voor luchtstroming, toegang voor onderhoud en hefinrichtingen. Een minimale ruimte van ongeveer 500mm (20 ins) wordt
aanbevolen rondom alle zijden van de generator en 1000mm (39.4 ins) erboven voor onderhoudswerkzaamheden.
Plaats de apparatuur niet zodanig dat deze moeilijk te bedienen of van de elektriciteit af te halen is.
3.2.3 Kwaliteit luchtinlaat
ISO 8573-1:2010 is een internationale standaard die de kwaliteitsklassen beschrijft van perslucht met betrekking tot vaste deeltjes, water en olie.
De kwaliteit van de luchtinlaat voor deze generator is ISO 8573-1:2010 klasse 2.2.2 en staat gelijk aan het volgende:
Klasse 2 (Vaste deeltjes)
In elke kubieke meter perslucht, zijn niet meer dan:
• 400.000 deeltjes in een bereik van 0.1–0.5 micron toegestaan.
• 6.000 deeltjes in een bereik van 0.5–1 micron toegestaan.
• 100 deeltjes in een bereik van 1–5 micron toegestaan.
Klasse 2 (Water)
o
Een drukdauwpunt van -40
C/-40
Klasse 2 (Olie)
In elke kubieke meter perslucht is niet meer dan 0,1 mg olie toegestaan.
Opmerking. Dit is het gecombineerde niveau voor aerosol, vloeistof en damp.
ISO 8573-1:2010 Klasse 2.2.2 kan worden bereikt met de volgende combinatie van Parker-zuiveringsproducten:
• Algemene filter Grade AO
• Hoge efficiëntie-filter Grade AA
• ACS / OVR Adsorptiefilter
• Algemene stofverwijderingsfilter Grade AO
o
o
• PNEUDRI -40
C/-40
F PDP-droger
11 - NL
o
F of beter is vereist en vloeistof is niet toegestaan.