3.4 Elektrische installatie
Een volledig gekwalificeerd electricien moet alle bedrading aanleggen en al het elektrische werk uitvoeren overeenkomstig
de lokale regelgeving.
3.5
Algemene eisen
Om de IP-code van de generator te behouden, moeten alle kabels die de
elektrische kast binnen gaan, dat doen via de daarvoor bestemde kabelwartels
aan de zijkant van de generator. Alle gebruikte kabels moeten een afmeting
hebben zodat de spanningsval tussen de voeding en de belasting in gewone
omstandigheden niet boven de 5% van de nominale spanning uitkomt. Alle
kabels buiten de generator moeten adequaat worden ondersteund en beschermd
tegen fysiek schade.
Zorg tijdens aansluiting op de aansluitblokken ervoor dat de geleiders volledig in
het blok worden ingevoerd en dat de aansluitschroeven goed worden
vastgedraaid. Het wordt aanbevolen om individuele geleiders samen te binden,
zodat ze geen andere onderdelen kunnen raken mocht er een geleider loskomen.
6mm
0.2ins
3.6 Klantaansluitingen
Raadpleeg het bedradingsschema aan het einde van deze handleiding voor
meer informatie.
3.6.1 Netspanningsvoeding generator
Aansluitingen
Beschrijving
Zekeringsaansluiting voor de
TB1 - L1
fasegeleider
Nulgeleider
TB1 - N
Aardgeleider
TB1 -
De generator vereist een 100 - 240Vac eenfasige netaansluiting overeenkomstig de lokale regelgeving voor bedrading. Raadpleeg de technische
specificatie voor spannings- en frequentietolerantie.
Aansluiting op de netvoeding moet via een schakelaar of stroomonderbreker worden gemaakt, die een weerstand heeft van 250VAC, 6A met een
minimale kortsluitweerstand van 10KA. Alle stroomdragende geleiders moeten door dit apparaat worden onderbroken. Deze beveiliging moet
worden geselecteerd overeenkomstig de lokale en nationale regelgeving.
Het gekozen apparaat moet duidelijk en permanent worden gemarkeerd als het veiligheidsrelais voor de apparatuur en moet zo dicht mogelijk bij
de apparatuur en binnen handbereik van de operator worden geplaatst.
Stroombegrenzing moet geïnstalleerd worden als onderdeel van de huisinstallatie. Deze beveiliging moet worden geselecteerd overeenkomstig
de lokale en nationale regelgeving met een minimale kortsluitweerstand van 10KA.
De beschermende aardgeleider moet langer zijn dan de andere fasegeleiders, zodat mocht de kabel doorslaan in de kabelwartel, de aardgeleider
als laatste de spanning leidt.
Opmerking. Let bij het gebruik van een flexibele kabel erop dat deze voldoet aan de IEC60227 of IEC60245-normen.
Minimale
Afmeting
afmeting
kabel
geleider
2
8 - 12mm
1mm
1
Kabelinvoerwartel
2
Voedingsaansluitingen generator
3
Voedingsaansluitingen droger
4
Spoelbesparingsaansluitingen (JP17)
5
Alarmcontactaansluitingen
6
Afstandsschakelaar-aansluitingen
14 - NL