9. (Figuur 32) Verwijder het toegangspaneel
(1).
10. Verwijder de twee schroeven (4) die de
stuurstang (2) op zijn plaats houden. Trek
het stuurwiel en de stuurstang (2) omhoog.
Trek de hoofdaandrijfriem (3) onder de
stuurstang (2) door.
11. Verwijder de hoofdaandrijfriem. Een nieuw
exemplaar en assistentie, indien nodig, is te
verkrijgen van een erkend service center bij
u in de buurt.
12. De nieuwe riem kan geïnstalleerd worden
door de bovenstaande stappen in omge-
keerde volgorde te doorlopen.
13. (Figuur 33) Controleer dat de hoofdaandrij-
friem (1) goed loopt. Vergewis u ervan dat
de riem goed om de geleidingsschijf (2) zit.
De stuurstang (3) moet binnen in de hoofd-
aandrijfriem (1) zitten.
Vervangen van de maaiaandrijfriem
(Figuur 22)
1. Verwijder de maaibehuizing. Zie de aanwij-
zingen onder "Verwijderen van de maaibe-
huizing".
2. Duw de riemgeleider (1) weg van de gelei-
dingsschijf (2) en verwijder de maaiaandrij-
friem (3).
3. Trek de riemgeleider (4) en de remcon-
structie (7) weg van de aandrijfschijf (5) en
verwijder de maaiaandrijfriem (3). Een ges-
chikt reserve onderdeel alsmede assistentie
is beschikbaar bij een Erkend Service Centre
bij u in de buurt.
4. De nieuwe riem kan geïnstalleerd worden
door de bovenstaande stappen in omge-
keerde volgorde te doorlopen.
5. Voordat u begint met maaien, moet u de
mesrotatieregeling controleren. Instructies
hierover staan in "Instellen van de mesrota-
tieregeling".
7101898
Verwijderen van de maaibehuizing
(Figuur 34)
1. Zet de mesrotatiehendel (1) in de DISEN-
GAGE stand.
2. Zet de hoogte-instellingshendel (2) ) in de
laagste stand.
WAARSCHUWING: De hoogte- -in-
stelingshendel (2) is aangespannen
met een veer. Let er op dat de
hoogte- -instellingshendel (2) vast staat in
de laagste stand.
3. Verwijder de splitpennen en ringen van de
instelarmen (3). Zie afbeelding C en D.
4. Verwijder de splitpennen en ringen van de
ophangingverbindingen (4). Zie afbeelding
A en B.
5. Maak de veer (5) los van de mesbedie-
ningsstang (6). Zie afbeelding E.
6. Maak de voorste beugel (9) los van de ason-
dersteuning. Zie afbeelding F.
7. Verwijder de maaiaandrijfriem (7) van de
stapelschijf (8). Zie Figuur "G".
8. (Figuur 16) Maak de rubberen band (1) los
van de knop (2) op het verbindingstuk (3).
Schuif het verbindingstuk (3) van het ver-
lengstuk (8) af.
9. Trek de maaibehuizing opzij naar rechts.
10. De maaibehuizing kan weer geïnstalleerd
worden door de bovenstaande stappen in
omgekeerde volgorde te doorlopen.
Vervangen van de zekering
Als de zekering doorgebrand is zal de motor niet
starten. Vervang de zekering met een nieuwe
zekering van 15 Ampère die geschikt is voor
automobielen.
58
Opslag voor langere tijd (30 dagen of
langer)
Aan het einde van het maaiseizoen moet u de
machine als volgt gereed maken voor stalling.
1. Tap de brandstof af uit de carburateur en de
benzine tank. Ververs de olie. Volg de aan-
wijzingen van de fabrikant.
2. Maak de machine schoon.
3. Laad de accu op. Zie onder "Opladen van de
accu".
Bestellen van reserve onderdelen
De reserve onderdelen staan achterin dit
instructieboek of in een aparte onderdelenboek.
Gebruik alleen reserve onderdelen die door de
fabrikant erkend of goedgekeurd zijn. Gebruik
geen assessoires die niet speciaal voor deze
machine worden aanbevolen. Om de juiste re-
serve onderdelen te bestellen, moet u het model
van uw maaier, zoals dat op het naamplaatje
voorkomt, vermelden.
Reserve onderdelen, behalve voor de motor,
transmissie, verbindingsas en differentieel, zijn
verkrijgbaar via uw leverancier of via een service
center dat wordt aanbevolen door de leveranci-
er.
Reserve onderdelen voor de motor, transmissie,
of verbindingsas zijn verkrijgbaar via de erkende
service centers van de desbetreffende leveranci-
er. Deze zal vermeld staan in het telefoonboek.
Kijk ook in de desbetreffende garantieverklarin-
gen van deze onderdelen, hoe u eventueel re-
serve onderdelen kunt bestellen.
Bij de bestelling moet u de volgende gegevens
vermelden:
(1) Model aanduiding
(2) Serienummer
(3) Onderdeelnummer
(4) Aantal
nl