INBINDSTAPPEN – MEERDERE DOCUMENTEN
1
1. Sluit de geselecteerde
draadkam om te testen. Stel de
sluitvergrendeling zoals vereist
in. Controleer of de draadnaad
overal goed aansluit.
5
5. Til de draadsluithefboom op.
De klauwen sluiten bij de vooraf
geselecteerde stoppositie.
DE INBINDING AFWERKEN
1
1. Controleer de gesloten naad.
Als de naad niet goed sluit, kan
het document opnieuw in de
klauwen geplaatst worden en
opnieuw gesloten worden.
2
2. Begin met het achterste blad.
Plaats geponste vellen direct op
de geopende draadkam.
2
2. Om de naad te verbergen,
slaat u het achterste vel naar
achteren. Het voorblad is nu
zichtbaar. De naad is nu in het
document verborgen.
3
3. Pons het voorblad en hang
het op. Pons en hang de
overige bladen op.
3
3. Controleer of de naad overal
goed aansluit. Als de binding los
is, kunnen er vellen loskomen.
Bij een goede sluiting blijven alle
vellen vastzitten.
4
4. Til de draadkam omhoog
van de haken af. Plaats hem
voorzichtig in de geopende
draadsluitklauwen. Zorg dat
de draadkam geopend is en de
bodem van het mechanisme raakt.
35