staat. U kunt de vaatwasser waterpas zetten door de stelvoetjes aan de onderkant
van het apparaat af te stellen.
De afwasmachine moet waterpas zijn voor een juiste werking van het afrekapparaat
en wasprestaties.
1. Plaats een waterpas op de deur en plaats het rek in de kuip zoals getoond om te
controleren of de vaatwasser waterpas is.
2. Stel de vaatwasser waterpas door de drie stelvoeten afzonderlijk af te stellen.
3. Let op dat u de vaatwasser niet laat kantelen als de vaatwasser waterpas staat.
De maximale afstelhoogte van de poten is 50 mm.
Controleer het niveau
van voor naar achter
Controleer het niveau
van links naar rechts
WERKING
Uw vaatwasser reinigt de vaat door een mengsel van water en vaatwasmiddel (onder druk)
tegen de bevuilde oppervlakken te sproeien. Het water wordt via een draaiende sproeiarm
in het apparaat gepompt, afgevoerd via een filter die etensresten en vuile deeltjes
verwijdert en opnieuw doorheen de sproeiarm gepompt.
Het vuile water wordt aan het eind van elke cyclus weggepompt en vervangen door schoon
water (het aantal keren hangt af van de gebruikte cyclus).
OPMERKING:
Hard water heeft een negatieve invloed op de prestaties van uw vaatwasser. Hard water
veroorzaakt ook "afzetting" (een witte film) in uw vaatwasser en/of "kalk" op de
roestvrijstalen binnenwanden van de vaatwasser en het verwarmingselement dat zich in
de zinkput onder het verwijderbare filterscherm bevindt.
Om dit zoveel mogelijk te voorkomen is het aanbevolen periodiek (minstens wekelijks) de
binnenkant van de (lege) vaatwasser te spoelen/gebruiken met 1 kopje witte azijn.
13