Test voor lokaliseren van draadbreuk
In de volgende lijsten staan de gebruikelijke plaatsen waar breuken optreden in de grensdraad. Controleer deze plaatsen op
tekenen van schade.
Draadbreuken in het getwiste paar treden doorgaans op:
1. bij het punt waar de draad het huis verlaat;
2. waar het getwiste draadpaar de grond in gaat vanuit het huis, doorgaans veroorzaakt door trimmers;
3. waar de draden stoep of uitritten kruizen door randen en trimmers;
4. rond tuinarchitectuur en bloemborders door graven in of omspitten van de aarde.
Draadbreuken in de grensdraad treden doorgaans op:
1. in beluchte gazons;
2. waar de draden stoep of uitritten kruizen door randen en trimmers;
3. rond tuinarchitectuur en bloemborders door graven in of omspitten van de aarde;
4. bij draadlassen waar geen met gel gevulde capsules zijn geplaatst;
5. bij draadlassen zonder verstevigingsknopen (raadpleeg afbeelding 3E).
Volg de onderstaande procedure als u nog steeds geen breuken in de grensdraad kunt vinden:
1. Ontkoppel de omheiningszender.
2. Sluit beide uiteinden van uw getwiste grensdraad op één grensdraadaansluiting
op de zender.
3. Meet en snijd een testdraad die de helft van uw totale grensdraad lang is.
4. Sluit een uiteinde van de testdraad aan op de andere grensdraadaansluiting
op de zender.
5. Lokaliseer het middenpunt van uw grens en snijd de grensdraad.
6. Koppel het andere uiteinde van de testdraad aan een van de uiteinden van de
grensdraad waar u deze doormidden heeft gesneden.
7. Plug de omheiningszender in en controleer het luscontrolelicht. Als het luscontrolelicht
aan is, kunt u er vanuit gaan dat de breuk zich in de andere helft van de
grensdraad bevindt.
8. Als het luscontrolelicht niet gaat branden, kunt u er vanuit gaan dat de breuk in dit deel
van de grensdraad zit. Er is echter een kleine kans dat er meer breuken in het systeem
voorkomen. Om zeker te zijn, controleert u beide helften van de gehele lus.
9. Vervang de beschadigde grensdraad met nieuwe grensdraad.
10. Sluit de grensdraad opnieuw aan op de zender.
11. Controleer het luscontrolelicht. Als het luscontrolelicht aangaat, test dan het systeem met de ontvangerhalsband.
www.petsafe.net
Testdraa
89