D
Reiniging en onderhoud
Figuur 17
Figuur 18
Figuur 19
Figuur 20
56
NL
De toevoerfilters reinigen
De toevoerfilters moeten wor-
den gereinigd wanneer er niet
langer water of weinig water
naar het apparaat stroomt
wanneer de kraan volledig
open is.
De filter van de kraan reinigen:
(Figuur 20)
1. Draai de kraan dicht.
2. Kies een willekeurig pro-
gramma,
uitgezonderd
"Wassen" of "Afvoeren".
3. Druk op de Start/Pauze-toets
en laat het programma ge-
durende 40 seconden wer-
ken.
4. Maak de toevoerslang van de
kraan los.
5. Maak de filter schoon met
water.
6. Maak de toevoerslang op-
nieuw vast.
De filter van de wasmachine
reinigen:
1. Maak de toevoerslang aan
de achterkant van het appa-
raat los. (Figuur 21)
Figuur 21
2. Haal de filter uit met behulp
van een punttang, was deze
en plaats terug. (Figuur 22)
3. Maak de toevoerslang op-
nieuw vast.
4. Open de kraan en controleer
of er geen waterlek is.
5. Draai de kraan dicht.
OPMERKING:
• Over het algemeen,
reinig eerst de filter
van de kraan en ver-
volgens de filter van
het apparaat. Als u
enkel de filter van
het apparaat reinigt,
voer stappen 1~3 van
de reinigingsproce-
dure voor de filter
van de kraan uit.
Figuur 22
Reiniging en onderhoud
WAARSCHUWING:
• Voordat u het ap-
paraat reinigt, haal
de stekker uit het
stopcontact om een
elektrische schok te
vermijden.
• Na het gebruiken
van de wasmachine,
haal de stekker uit
het stopcontact en
sluit de deur volle-
dig om het klemmen
van de vingers van
kinderen tussen de
deur te vermijden.
Vreemde deeltjes verwijderen
Filter van de afvoerpomp:
De filter van de afvoerpomp fil-
tert vezels en kleine vreemde
deeltjes die door het wasgoed
worden vrijgegeven.
Reinig de filter regelmatig om
een normale werking van de
wasmachine te garanderen.
NL
D
57