Scheppach DM1000T Traduction Des Instructions D'origine page 101

• Controleer of de gegevens vermeld op het ke pla-
tje overeenkomen met de gegevens van het stro
omnet alvorens de machine aan te sluiten.
Montage
Bereid de werkplek waar u het elektrische gereed-
schap wilt opstellen, voor. Zorg voor voldoende ruimte
om een veilig en storingsvrij bedrijf te kunnen waarbor-
gen. Het elektrische gereedschap is vervaardigd voor
werkzaamheden in gesloten ruimtes en moet op een
vlakke en vaste ondergrond worden opgesteld.
m Belangrijk! Trek de voedingsstekker los, voor-
dat u onderhouds-, herstel- of montagewerk-
zaamheden aan het apparaat gaat uitvoeren!
MONTAGE van de motoreenheid en het machi-
ne-onderstel (afb. 3)
1 Plaats de motoreenheid (1) en het machine-on-
derstel (11) op een vlakke, stabiele ondergrond.
2 Motoreenheid (1) en machine-onderstel (11) met
3 schroeven (23), 6 ringen (24), 3 veerringen (25)
en 3 moeren (26) op de drie verbindingspunten
bevestigen.
MONTAGE van de gereedschapopname (afb. 3)
1 Bevestig de gereedschapopname (6) op de mo-
toreenheid (1) met een schroef (19), een console
(16), een ring (18) de klemhendel voor de gereed-
schapopname (14) en een vleugelmoer (13).
2 Gereedschapdrager (4) in de aansluiting van de
gereedschapdrager (6) schuiven en met de borg-
schroef (5) fixeren.
MONTAGE van de losse kop (afb. 3)
1 Losse kop (9) met een schroef (19), een console
(16), een ring (18) de klemhendel voor de losse
kop (12) en een vleugelmoer (13) op het machi-
ne-onderstel (11) bevestigen.
2 Spil van de centrering (7) in de losse kop (9)
schroeven.
3 Handwiel (10) op de spil van de centrering (7)
schuiven en met een inbussleutel (afb. 1/pos.22)
fixeren.
Instelling van de losse kop (afb. 1)
1 De klemhendel van de losse kop (12) en de vleu-
gelmoer (13) losmaken om de afstand tussen de
losse kop (9) en het aandrijfcentrum (3) in te stel-
len.
2 Voor het instellen van de spandruk het handwiel
(10) gebruiken en met de contramoer (8) borgen.
Instelling van de gereedschapopname (afb. 1)
1 De hoogte van de gereedschapdrager (4) kan
door het losmaken van de borgschroef (5) wor-
den ingesteld.
 www.scheppach.com /  service@scheppach.com /  +(49)-08223-4002-99 /  +(49)-08223-4002-58
2 Voor het instellen van de lengte van de gereed-
schapdrager (4) de spanhendel voor de gereed-
schapdrager (14) en de vleugelmoer (13) losma-
ken. De gereedschapdrager (4) moet zo dicht
mogelijk tegen het werkstuk worden geschoven
zonder deze aan te raken.
3 Spanhendel voor gereedschapopname (14) en
de vleugelmoer (13) weer vastzetten.
Waarschuwing! Let op dat de gereedschapopname
(4) goed is aangehaald en niet naar het werkstuk kan
draaien.
Afstellen van het toerental (afb. 4/5/6)
Waarschuwing! Koppel het apparaat los van het
stopcontact voordat u onderhouds- of instel-
lingswerkzaamheden gaat uitvoeren.
Het spiltoerental wordt door het instellen van de po-
sitie van de aandrijfriem (B) op het riemschijfaan-
drijfsysteem in de motoreenheid geregeld.
1 Draai de stelschroef (13) met een M14-zeskant
(niet bij de levering inbegrepen) los en open de
motorafdekking (A).
2 Draai de vier motorschroeven (D) die de motor
borgen, los met een M14-zeskant (niet bij de le-
vering inbegrepen).
3 Til de motorriemschijf (E) omhoog om de riem-
spanning te verminderen.
4 Kies het bij het werkstuk en de opdracht beho-
rende toerental door het aanbevolen spiltoeren-
tal op te vragen.
5 Het gewenste toerental dat overeenkomt met de
aandrijfriem in de overeenkomstige groef op de
aandrijf- (B) en motorschijf (E) brengen. De aan-
drijfriemen (C) niet verdraaien.
6 Na het instellen van de tandriempositie, moet
de tandriem (B) opnieuw worden aangehaald.
Schuif de motorriemschijf (E) omlaag en haal de
motorschroeven (E) met een M14-inbussleutel
(niet bij de levering inbegrepen) weer aan. De
aandrijfriem (C) is juist gespannen als deze bij
het indrukken ca. 1 cm meeveert.
7 Sluit de motorafdekking (A) en borg deze met de
stelschroef (13).
Belangrijk: Als de motorafdekking (A) is geopend,
functioneert de machine niet.
Borg het werkstuk op het spilstok-aandrijfcen-
trum (afb. 1)
1 Lokaliseer het midden van het werkstuk, door
aan beide zijden nauwkeurig diagonale lijnen te
tekenen. Het snijpunt van deze beide lijnen geeft
het middelpunt van het werkstuk weer.
2 Aan een einde van het werkstuk brengt u een ca.
2 mm diepe zaagsnede langs de diagonaal aan
om het aandrijfcentrum van de spilstok (3) op te
nemen.
NL | 101