verwarming tijdens de ontdooiprocedure. De ventilator
staat UIT. Het dooiwater druppelt naar een blad op de
compressor
en
verdampt.
ontdooiprocedure (ongeveer 30 minuten) wordt de
verdamper warm, maar dit heeft geen invloed op de
binnentemperatuur.
De levensmiddelen moeten goed verpakt zijn om
vochtverlies ten gevolge van de luchtcirculatie te
voorkomen.
Dek de ventilatieopeningen niet af, dit kan de goede
werking van het apparaat in gevaar brengen.
Om die reden adviseren wij u alle levensmiddelen in de
korven in het vriesvak te plaatsen.
Normaal onderhoud
Gebruik nooit zeep of schuurmiddelen om schoon te
maken.
Trek eerst de stekker uit het stopcontact, was het apparaat
af met lauw water en droog het vervolgens af.
Gebruik schoon water om het deurafdichtingsprofiel
schoon te maken.
Nadat het apparaat is schoongemaakt, de stekker weer in
het stopcontact steken.
Wij adviseren u één of twee keer per jaar stof en vuil van
de condensor, die op het achterpaneel is gemonteerd, te
verwijderen.
Probleem
Het apparaat koelt niet
voldoende.
Het apparaat koelt te
sterk.
Het apparaat koelt
helemaal niet.
Het apparaat maakt
lawaai
Als u de storing aan de hand van de aanwijzingen niet kunt oplossen, neem dan contact op met Service.
Stroomstoring of storing in de werking:
Indien zich een stroomstoring voordoet tijdens het bewaren van diepgevroren levensmiddelen, de deur van de vriezer niet
openen. Zodra de stroomstoring over is, zal het gele lampje (3) van de snelvriesfunctie gaan branden. Dit lampje zal 5 uur na
het opnieuw starten automatisch uitgaan.
Als zich een korte stroomstoring voordoet (max. 13 uur) en het apparaat vol is, dan zullen de diepgevroren levensmiddelen niet
bederven. In andere gevallen dient u de levensmiddelen zo snel mogelijk te gebruiken (als de diepgevroren levensmiddelen
warm worden, dan zijn ze korter houdbaar).
Wanneer het elektronische systeem de WERKELIJKE temperatuur niet kan meten, zal het alarmlampje gaan knipperen. Het
apparaat blijft werken, dankzij een reservesysteem, tot het probleem is opgelost door plaatselijk onderhoudspersoneel.
In
de
loop
van
Mogelijke oorzaak
De thermostaat staat te laag.
Het apparaat was niet koud genoeg om te kunnen
invriezen.
Er is een te grote hoeveelheid levensmiddelen
geplaatst:
Er moet een te grote hoeveelheid levensmiddelen
tegelijkertijd ingevroren worden.
De geplaatste levensmiddelen zijn nog heet.
D deur is niet volledig gesloten.
De thermostaat staat te hoog.
De stekker zit niet goed in het stopcontact.
Er staat geen spanning op het stopcontact.
Volgens het lampje, is de aan/uit-toets (B) niet
ingeschakeld.
Het apparaat staat niet goed.
Als de koelkast niet in gebruik is
Als u het apparaat gedurende lange tijd niet gebruikt, zorg
de
er dan voor dat u het volgende doet:
Schakel het apparaat uit door op de aan/uit-toets te
drukken tot het aan/uit-lampje uitgaat.
Trek de stekker uit het stopcontact.
Verwijder alle levensmiddelen uit het apparaat.
Laat het apparaat ontdooien en maak het schoon zoals
hierboven beschreven is.
Laat de deuren een klein eindje openstaan, dan kunnen er
geen nare luchtjes ontstaan.
Problemen oplossen
Er kan soms een kleine storing optreden, die u zelf kunt
verhelpen. In de tabel vindt u informatie m.b.t. het
opheffen van zulke kleine storingen.
Als het apparaat aanstaat, is er soms wat geluid te horen
(compressor, circulatie). Dan is er geen sprake van een
storing.
Wij willen u er nogmaals op wijzen dat het apparaat
met onderbrekingen werkt. Als de compressor stopt,
wil dat niet zeggen dat het apparaat niet werkt. Daarom
moet u altijd eerst de stekker uit het stopcontact trekken,
voordat u elektrische onderdelen aanraakt.
Zet de thermostaat hoger.
Laat het apparaat langer voorkoelen.
Maak de porties kleiner.
Plaats minder levensmiddelen.
Plaats alleen levensmiddelen die op
kamertemperatuur zijn.
Controleer of de deur volledig gesloten is.
Zet de thermostaat lager.
Controleer of de stekker goed in het stopcontact zit.
Controleer of er spanning is.
Druk langer dan een seconde op de aan/uit-toets (B).
Controleer of het apparaat stevig staat (alle vier de
poten moeten op de grond staan).
NL
Oplossing
7