Overzicht Bezetting Aansluitklemmen - Bosch Thermotechnology MC 400 Notice D'installation

Installatie
3.3.4

Overzicht bezetting aansluitklemmen

Dit overzicht toont voor alle aansluitklemmen van de module, welke in-
stallatiedelen kunnen worden aangesloten. De met * gemarkeerde be-
standdelen (bijvoorbeeld HS1 of M1) van de installatie zijn als alternatief
mogelijk. Afhankelijk van de toepassing van de module wordt een modu-
le op de aansluitklem "BUS1" aangesloten.
Complexere installaties worden in combinatie met aanvullende cascade-
modules gerealiseerd. Daarbij zijn van het overzicht van de aansluitklem-
men afwijkende bezettingen van de aansluitklemmen mogelijk.
N L
M
PC0 A0 230 V AC
Afb. 27
Legenda bij afbeelding boven en bij afbeelding 83 tot 88
(geen identificatie van de aansluitklemmen):
230 V AC Aansluiting netspanning
AO Storingsmelding op afstand 230 V bouwzijdig
BUS BUS-systeem EMS 2/EMS plus (niet op BUS1 ... BUS4
aansluiten)
BUS1...4 BUS-systeem EMS 2/EMS plus of EMS 2/2-draads-BUS
(direct op HS1 ... HS4 of M1 ... M4 aansluiten)
CON Bedieningseenheid met BUS-systeen EMS 2/EMS plus
(Controler)
BMS Gebouwautomatiseringstechniek met 0-10 V-interface
(Building Management System)
HS1 Warmteproducent 1 (HS1 op BUS1) op enkele MC 400/
(Heat Source)
HS5 Warmteproducent 2 (HS5 op BUS2) op enkele MC 400/
(Heat Source)
HS9 Warmteproducent 3 (HS9 op BUS3) op enkele MC 400/
(Heat Source)
HS13 Warmteproducent 4 (HS13 op BUS4) op enkele MC 400/
(Heat Source)
HS1...4 Warmteproducent 1 (op BUS1) ... 4 (op BUS4) op eerste
slave MC 400 (M1)/(Heat Source)
HS5...8 Warmteproducent 1 (op BUS1) ... 4 (op BUS4) op tweede
slave MC 400 (M2)/(Heat Source)
I2 Schakelaar voor maximaal vermogen (alle toestellen leveren
maximaal vermogen, indien gesloten; Input)
44
120/230 V AC
PC0 A0
N 63 NO C NC
120/230 V AC
PC1 IA1
120/230VAC 120/230VAC
N L N L N 63 L IN
N L
M
230 V AC PC1 IA1
Wanneer op de aansluitklem I3 geen stopschakelaar (verbreekcontact)
is aangesloten:
▶ Meegeleverde brug op de aansluitklem I3 aansluiten.
MC 400
4 5 6
3 7
1)
2
8
1 9
10 10
0
≤ 24 V
T0 I2 I3 OC1 BUS3 BUS4
1 2 1 2 1 2 1 2 3 1 2
1)
≤ 24 V
T2 BUS1 BUS2
T1 0-10V
1 2 1 2 1 2 3 1 2 1 2
1 2 3
(-) (+) (+)
T1 T2 PO HS1* HS5*
M1* M2*
I3 Stopschakelaar (warmtevraag naar alle toestellen wordt
onderbroken, indien geopend; Input)
IA1 Ingang aan/uit-regelaar 230 V (codering 6 ... 9)
M1...4 Slave-cascademodule 1 (op BUS1) ... 4 (op BUS4)
MC 400 Cascademodule
MM 100 Cv-circuitmodule (EMS 2/EMS plus)
PC0 Cascadepomp (aan/uit of optionele toerentalregeling via of
0-10 V-signaal met op aansluitingOC1; Pump Cascade);
alleen bij warmteproducenten zonder pomp
PC1 CV-pomp (Pump Circuit); alleen bij een ongemengd cv-circuit
zonder MM 100(transferpomp of cv-pomp)
PO Ingang en feedback voor vermogensregeling via een 0-10 V-
signaal (Power In-/Output); klemmenbezetting: 1 – 2 ingang;
1 – 3 uitgang)
T0 Temperatuursensor aanvoer (Temperature sensor)
T1 Temperatuursensor buitentemperatuur (Temperature sensor)
T2 Temperatuursensor retour (alleen nodig, wanneer PC0 met
toerentalregeling via 0-10 V-signaal op aansluiting OC1;
anders optie; Temperature sensor)
1) Alleen nodig, wanneer op de aansluitklem I3 geen stopscha-
kelaar is aangesloten.
1 2
BUS
1 2
1 2 3
0-10V
PC0
CON T0 I2 I3
MC 400 – 6720890243 (2018/12)
HS9* HS13*
M3* M4*
0010013231-002