8 -
PERIODIEKE INSPECTIE
Deze uitrusting moet minimaal eenmaal per jaar worden geïnspecteerd. Een deskundige, goed getrainde en
gekwalificeerde persoon moet deze uitrusting inspecteren in overeenstemming met deze instructies. De gepaste
details van de inspectie moeten worden geregistreerd.
Vul bij elke periodieke inspectie het formulier in bijlage V in en bevestig een nieuw inspectielabel met de
volgende inspectiedatum. De onderzoeksfrequentie moet worden verhoogd volgens de toepasselijke regelgeving.
Garantie vervalt als periodieke inspecties niet worden uitgevoerd en bijgehouden zoals hierboven beschreven.
Als u een falen van of schade aan uw product detecteert of de productmarkeringen niet leesbaar zijn of als u twijfels
hebt over de veiligheid ervan, moet het PBM onmiddellijk buiten dienst worden gesteld en aan de fabrikant of een
erkend servicecentrum worden geretourneerd ter inspectie of verwijdering.
9 -
LEVENSDUUR
De maximale levensduur van een PBM dat voornamelijk uit metaal bestaat, wordt geëvalueerd als zijnde onbeperkt,
maar deze maximale levensduur wordt teruggebracht tot 10 jaar vanaf de productiedatum voor niet te openen
producten. Er zijn echter factoren die aanzienlijk de sterkte van het product kunnen reduceren en de levensduur
ervan kunnen verkorten: onjuiste opberging, onjuist gebruik, valstop, mechanische vervorming, val van het product
van hoogte, slijtage, elektrische geleidbaarheid, contact met chemische producten (zuren en alkaliën) of scherpe
randen, blootstelling aan sterke warmtebronnen > 60 °C, UV-stralen, schuring enz.
10 - RFID TAG
10 — 1 INTRODUCTIE
Deze eenheid omvat een RFID-tag (Radio Frequency Identification) die ter opsporing gebruikt kan worden.
De RFID zorgt voor snelle inspecties in het veld en specificeert informatie, inclusief modelnummer,
productiedatum, inspectie-/partijnummer, lengte, en de normen waaraan voldaan wordt. Deze informatie
verschilt van model tot model. Naast het type lezer van de RFID-tag is de optimale leesafstand van RFID
afhankelijk van de lezer, de plaatsing van de tag en het materiaal van het medium tussen de twee in.
10 — 2 RFID-SPECIFICATIE
• de RFID-lezer moet Ultra High Frequency (UHF) zijn
• de operationele RFID-frequentie moet binnen het bereik 860-960 MHz vallen
• RF Air Protocol: EPC KLASSE 1 GEN 2: ISO18000-6C ISO18000-6C
10 — 3 LIJST MET PRODUCTEN EN POSITIE VAN DE RFID-TAG (ZIE TABBLAD 1)
Producten die niet getagd kunnen worden met een RFID-label bevatten in plaats daarvan 2D barcodes om het
Unique Identification Number (UID) (uniek identificatienummer) uit te lezen.
10 — 4 GEBRUIK/WERKING
De Persoonlijke Beschermingsmiddelen (PBM) die u zojuist ontvangen heeft zijn uitgerust met een RFID-tag die een
uniek identificatienummer bevatten in de vorm van een Electronic Product Code (EPC) (elektronische productcode).
Met dit unieke nummer kunt u productgerelateerde informatie vinden in de Satety Suite-software. Volg de link hiero-
nder voor meer informatie over Safety Suite. https://www.honeywellaidc.com/solutions/connected-worker/safety-suite
10 — 5 AANBEVELINGEN
Scan uw RFID-tag na het reinigen van uw PBM om te verifiëren dat deze niet beschadigd is.
11 - MILIEUBESCHERMING
Het gebruik van het WEEE-symbool geeft aan dat dit product niet behandeld mag worden als huishoudelijk
afval. Door te garanderen dat dit product correct zal worden verwerkt, helpt u het milieu te beschermen. Voor
meer gedetailleerde informatie over het recyclen van dit product, kunt u contact opnemen met de plaatselijke
autoriteiten, uw huishoudelijke/industriële afvaldienstenaanbieder of de winkel waar u het product heeft gekocht
Max. aantal gebruikers
Limiet voor de max. gewichtsbelasting
Lengte van het verlengstuk
Gewicht van het toestel (kg)
Gebruikstemperatuur
Algemene informatie
Normen
Afmetingen
EN 353-2:2002
1
140 kg
70 mm x 102 mm x 26 mm
(zonder touw en verlengstuk)
0,3 m (inclusief karabijnhaak)
400 g (zonder touw)
-30 °C tot +50 °C
71