Apparaat inschakelen
1. Controleer of het condensreservoir leeg is en
goed is geplaatst. Anders werkt het apparaat niet!
2. Steek de netstekker in een volgens de voor-
schriften gezekerd stopcontact.
3. Controleer of het controlelampje "Automatisch
bedrijf" (11) rood brandt.
4. Controleer of het controlelampje van het
condensreservoir (13) uit is.
5. Schakel het apparaat in met de netschakelaar.
6. Regel de ventilatorsnelheid van het apparaat,
door de keuzeschakelaar (14) op "H" of "L" te
zetten.
7. Regel de luchtvochtigheid in de ruimte met de
draaischakelaar (15).
Automatisch ontdooien
Is de ruimtetemperatuur lager dan 15 °C, bevriest de
verdamper tijdens het ontvochtigen. Daarom voert het
apparaat elke 30 minuten een automatische ontdoo-
icyclus uit (duur ca. 5 minuten).
• Het automatisch ontdooien wordt onderbroken,
zodra
de
netschakelaar
draaischakelaar (14) wordt bediend.
• Schakel het apparaat tijdens het automatisch ont-
dooien niet uit. Trek de netstekker niet uit het
stopcontact.
NL
Legen van het condensreservoir
A.
B.
C.
D.
(11)
of
de
Bedieningshandleiding – Luchtontvochtiger TTK 75 S
E - 8