Verbinding
*1 Niet bijgeleverd
*2 Luidsprekerimpedantie: 4 Ω – 8 Ω × 4
*3 RCA-kabel (niet bijgeleverd)
*4 Gebruik een adapter voor een bekabelde
afstandsbediening (niet bijgeleverd) afhankelijk van
het type auto.
Raadpleeg "De bekabelde afstandsbediening
gebruiken" (pagina 13) voor meer informatie over het
gebruik van de bekabelde afstandsbediening.
*5 Zorg ervoor dat de microfoonkabel de bestuurder
niet hindert tijdens het rijden, ongeacht of de
microfoon in gebruik is of niet. Zet de kabel vast met
een klem of dergelijke als deze in de buurt van uw
voeten is geplaatst.
Raadpleeg "De microfoon installeren" (pagina 13)
voor meer informatie over het installeren van de
microfoon.
*
2
Raadpleeg het "Voedingsaansluitschema"
(pagina 12) voor meer informatie.
3
*
*
3
*
3
*6 Gebruik een adapter (niet bijgeleverd) als de
antenneaansluiting niet past afhankelijk van het type
auto.
*7 Stel afhankelijk van het type DAB-antenne [ANT-
PWR] in op [ON] (standaard) of [OFF].
Max. voedingsstroom 0,1 A
Subwoofer*
1
Versterker*
Raadpleeg "Verbindingen
maken" (pagina 12) voor
meer informatie.
vanaf een bekabelde
afstandsbediening (niet
4
bijgeleverd)*
*
vanaf een antenne*
6
afkomstig van een DAB-antenne
(niet bijgeleverd)*
7
1
5
11
NL