Raadpleeg, voor zover dit niet uitdrukkelijk aangegeven
staat, de wetgeving die in uw land van kracht is. aadpleeg
in Itali de norm UNI 0683 in combinatie met de
regionale of ASL bepalingen. In het geval van een installa
tie in een appartementencomple moet u van te voeren de
beheerder om toestemming vragen.
COMPATIBILITEITSCONTROLE MET AN
DERE INRICHTINGEN
De inbouwhaard mag NIET in dezelfde omgeving ge nstalleerd
worden waarin een zuiginstallatie, gasapparaten van het type B,
enz. ge nstalleerd werden.
Zie norm NI 1 8 hfdst. 4.1.
CONTROLE ELEKTRISCHE AANSLUITING
(breng de stekkerdoos op een bereikbare plek aan)
INPELLET 49 beschi t over een ele trische voedings abel die
met een stopcontact
voor eur met een thermomagnetische scha elaar.
Spanningswisselingen groter dan 1 % unnen de inbouwhaard
beschadigen.
De ele trische installatie moet conform zi n met de normen;
controleer in het bi zonder de goede wer ing van de aarding.
De voedingsli n moet over een doorsnede beschi en geschi t
voor het vermogen van de inbouwhaard.
Edil amin acht zich niet verantwoordeli voor storingen in de
functionering als gevolg van een slecht functionerend aardecir-
cuit.
VEILIGHEIDSAFSTANDEN TEGEN
BRANDVOORKOMING EN PLAATSING
oor de correcte wer ing, moet INPELLET 49 waterpas gezet
worden. ontroleer het vloervermogen.
INPELLET 49 moet ge nstalleerd worden met inachtneming
van de volgende veiligheidsvoorwaarden :
- minimum afstand op de zi den en achterzi de; 4 cm van
gemiddeld ontvlambare materialen
- minimum afstand op de voorzi de; 8 cm van gemiddeld
ontvlambare materialen Indien aan de bovenvermelde afstan-
den niet an voldaan worden, moeten technische en bouw un-
dige voorzorgsmaatregelen getroffen worden om brandgevaar
te vermi den.
Bi verbinding met een houten muur of ander ontvlambaar
materiaal moeten het roo anaal en de andere warme delen
met eramische vezels of geli aardig materiaal met equiva-
lente eigenschappen ge soleerd worden, teneinde de afgifte van
warmte en mogeli brandgevaar te vermi den.
LUCHTTOEVOER
et is noodza eli achter de inbouwhaard een opening voor de
luchttoevoer te voorzien verbonden met de buitenomgeving,
met een minimum nuttige doorsnede van 8 cm . De opening
moet voldoende luchttoevoer voor de verbranding garanderen
zonder dat de dru in de woon amer verlaagt.
Op de achter ant van INPELLET 49 is een opening met een
doorsnede van cm aanwezig. Deze opening an gebrui t
worden om de luchtinvoer direct met een leiding met de buiten-
lucht te verbinden.
De leiding mag ma imaal 1 meter lang zi n, mag geen bochten
bevatten en het uiteinde ervan moet tegen de wind beschermd
worden.
N.B.: Ook in het geval van een directe aansluiting moet
tevens een luchtinvoer geïnstalleerd worden, zodat
de installatieruimte met de buitenlucht verbonden is.
INSTALLATIE
z moet bevestigd worden, met
ROOKAFVOER
Er moet een afzonderli roo anaal voorzien worden voor de
inbouwhaard (afvoer in een algemeen roo anaal is verboden).
De roo afvoer gebeurt langsheen de afvoermond die zich op
het de sel bevindt en een diameter van 8 cm heeft.
De roo afvoer
moet met behulp van geschi te stalen leidingen EN 18
gecerti ceerd. De leiding moet hermetisch afgesloten zi n.
oor de afdichting van de leidingen en een eventuele isolatie
hiervan is het noodza eli materialen te gebrui t worden dat
bestand is tegen hoge temperaturen (siliconen of mastie
geschi t voor hoge temperaturen). et enige horizontale deel
mag tot 1 m lang zi n maar tegenhellingen moeten vermeden
worden. Er mogen tot twee bochten aanwezig zi n met een
hoe van minstens 9
(zie de onderstaande schema s).
Een e tern verticaal deel van minstens 1, m (indien het afvo-
er anaal niet in een roo anaal wordt ingevoegd) en
een tegen de wind beschermend eindstu is noodza eli (ver-
wi zing NI 1 8 hfdst. 4. ).
Deze afvoer moet in ieder geval boven de da goot uitste en.
Indien het afvoer anaal in een roo anaal wordt ingevoegd,
moet het geschi t zi n voor vaste brandstof en indien
dediameter groter is dan 1
o anaal ingevoegd worden; de tussenwand tussen het
nieuwe en oude roo anaal moet met isolerend materiaal afge-
dicht worden.
A: Innenliegender Schornstein bis zum
Dach
B: ußenliegender Schornstein aus
auerwer
C: Innenliegender Schornstein aus
auerwer
D: ußenliegender doppelwandiger Stahl-
**
schornstein (f r diese Installation ist erfor-
derlich, dass der Schornstein doppelwandig
**
und auf seiner ganzen Länge gut
abgedämmt ist)
** ma . inclinatie niet leiner dan 4
opzichte van het horizontale vla
SCHOORSTEENPOT
De fundamentele eigenschappen zi n:
- interne doorsnede aan de onder ant geli aan de doorsnede
van de schoorsteen
- doorsnede van de afvoer minstens tweemaal zo groot als de
doorsnede van de schoorsteen
- bovenop het da in de wind geplaatst buiten het berei van
re u zones.
- 103
- 103
-
-
mm moet het in een nieuw ro-
**
**
**
ten