BOUGIEONDERHOUD
Zie afbeelding 11.
De bougie moet correct zijn gevormd en vrij van afzetting
om te verzekeren dat de motor goed werkt. Controleer:
■
Verwijder de bougiedop.
■
Reiig alle vuil rond de voet van de bougie.
■
Verwijder de bougie met behulp van de meegeleverde
sleutel.
■
Controleer de bougie op schade en reinig met een
stalen borstel voor u hem terugplaatst. Als de isoleerder
stuk of gebarsten is, moet de bougie worden vervangen.
OPMERKING: Indien u de bougie vervangt, is het
aangewezen de volgende bougies of hun equivalent te
gebruiken: F7RTC.
■
Plaats de bougie op zijn plaats; draad ze met de hand
om slingerdraden te voorkomen.
■
Span met behulp van een sleutel aan om de sluitring
aan te drukken. Als de bougie nieuw is, drukt u de
sluitring met 1/2 draai overeenkomstig aan. Als u een
oude bougie opnieuw gebruikt, drukt u deze met 1/8 of
1/4 draai aan voor correcte sluitringcompressie.
OPMERKING: Een niet correct aangespannen bougie
wordt heel warm en kan de motor beschadigen.
LET OP
Zorg ervoor dat u de bougie er niet schuin indraait.
Wanneer de schroefdraad kapot wordt gedraaid, raakt
het product ernstig beschadigd.
UITLAATPOORT EN GELUIDDEMPER REINIGEN
Afhankelijk van het type brandstof dat is gebruikt,
het type en de hoeveel olie die is gebruikt en/of uw
gebruiksomstandigheden, kunnen de uitlaatpoort en de
geluidsdemper verstopt raken door koolstofophopingen.
Als
u
vermogensverlies
verbrandingsmotor
constateert,
ophopingen verwijderen om de prestaties te herstellen. Voor
onderhoud brengt u het product naar een geautoriseerd
onderhoudscentrum.
VONKENVANGER
In sommige staten moeten gebruikers van dit product
voldoen aan de richtlijnen voor brandpreventie. Dit product
is uitgerust met een vonkenvanger.
BRANDSTOFTANK/CARBURATEUR AFTAPPEN
Om te helpen voorkomen dat sediment in het brandstofsysteem
wordt afgezet, moet vóór opslag de brandstof uit de tank en
carburateur worden afgetapt.
DE CARBURATEUR AFTAPPEN
Zie afbeelding 3.
■
Schakel de motorschakelaar uit (O).
■
Sluit de brandstofkraan
■
Plaats een goedgekeurde brandstofhouder onder de
aftapschroef van de carburateur om de brandstof op te
vangen; maak de schroef los.
■
Laat alle brandstof in de opvangbak lopen.
bij
uw
gereedschap
met
dan
moet
u
deze
■
Draai aftapschroef weer aan.
OPMERKING: Na het aftappen van de brandstoftank
en de carburateur moet u de motor starten en het
laten lopen totdat het zonder brandstof is. Raadpleeg
de richtlijnen voor het omgaan met gevaarlijk afval
die gelden in uw regio, voor de correcte manier om
afgewerkte brandfstof af te voeren.
VERVOEREN
■
Schakel de motorschakelaar naar OFF (O).
■
Sluit de brandstofkraan
■
Vergewis u ervan dat de motor en uitlaat van het
product zijn afgekoeld.
■
Houd het product rechtop om morsen van brandstof te
voorkomen.
■
Laat het product niet vallen, zorg dat er niet tegen aan
wordt gestoten of dat het onder zware objecten wordt
geplaatst.
OPMERKING: De fabrikant adviseert om het product tijdens
transport met vier mensen te tillen. Het framehandvat mag
uitsluitend worden gebruikt voor het verplaatsen van het
product. Gebruik het framehandvat nooit om het product
te tillen.
PRODUCT OPBERGEN
Bij de voorbereiding om de generator op te slaan moet het
product eerst volledig zijn afgekoeld.
EN
FR
DE
ES
IT
NL
PT
DA
SV
FI
NO
RU
PL
CS
HU
RO
LV
LT
ET
HR
SL
SK
BG
UK
TR
Nederlands |
77