5
Bedrijf
5.1 Ingebruikname
Deze gebruiksaanwijzing moet iedere persoon die
met de bediening van de machine is belast, ter
kennisname worden doorgegeven, waarbij vooral
attent dient te worden gemaakt op het hoofdstuk
"Veiligheidsinstructies".
5.2 In- en uitschakelen
Inschakelen:
eerst
inschakelblokkering door indrukken van de
blokkeerhendel 7 (afb. 4) los. Vervolgens
bedient u bij ingedrukte blokkeerhendel de
schakelhendel 8.
Omdat het zich om een schakelaar zonder blokkering
handelt, draait de machine nu zo lang als deze
schakelaar wordt bediend.
De ingebouwde elektronica zorgt bij het inschakelen
voor een schokvrije versnelling en regelt bij belasting
het toerental op de vast ingestelde waarde bij.
Bovendien regelt deze elektronica de motor bij
overbelasting terug, d.w.z. het zaagblad blijft staan.
Schakel de machine dan uit. Daarna schakelt u de
machine weer in en zaagt met gereduceerde
aanvoersnelheid verder.
Met het stelwiel 9 (afb. 2) kunt u het toerental van het
zaagblad traploos tussen 3600 en 6250 min
1
instellen.
niveau
1
2
3
4
5
6
Materiaalgroepen
- PVC, Plexi, PA
Niveau:1 - 6
-
- hard hout, zacht hout, gelaagd hout
Niveau: 3 - 6
-
- gecoate plaatmaterialen
ontgrendelt
u
de
Toerental min
-1
3600
4130
4660
5190
5720
6250
Niveau: 4 - 6
-
- vezelbetonplaten
Niveau: 3 - 5
-
Uitschakelen: voor het uitschakelen laat u de
schakelhendel 8 los. Door de ingebouwde
automatische rem wordt de uitlooptijd van het
zaagblad
inschakelblokkering wordt automatisch weer
actief en beveiligt de handcirkelzaag tegen een
onopzettelijk inschakelen.
5.3 Instelling van de snijdiepte
De snijdiepte laat zich in een bereik tussen 0 en 57
1mm in trappen van 1 mm instellen.
Hiervoor gaat u op de volgende manier te werk:
Verstel de wijzer 10 (afb. 4) door draaien in de
bovenste of onderste positie, afhankelijk van het
feit of u met of zonder geleidingsrail werkt.
De snijdiepte stelt u volgens schaal in met de
diepteaanslag 11. De aanslag heeft een
rasterindeling van 1 mm.
Om tussenmaten te kunnen instellen, kunt u met
de zeskant schroevendraaier 4 (houder afb. 2)
de cilinderbout 12 (afb. 4) verdraaien. Een
omdraaiing komt overeen met een verandering
van de snijdiepte van 1mm.
-
Stel de snijdiepte steeds ca. 2 tot 5
mm groter dan de te snijden
materiaaldikte in.
5.4 Instelling voor schuinsneden
Het zaagaggregaat laat zich voor schuinsneden op
iedere willekeurige hoek van 0° tot 45° instellen.
Draai vleugelschroef 13 los (afb. 4) los.
In overeenstemming met de schaal op het
zwenksegment stelt u de hoek in.
Vervolgens trekt u de vleugelschroef 13 vast.
Aanvullend kan de machine op -1° resp. 48 °worden
gezwenkt.
Om op -1° te zwenken, trekt u de schuiver 14
(afb. 4) in de pijlrichting naar achteren en houdt
u hem vast.
-59-
op
ca.
5
s
beperkt.
De