Plaats een bakje onder de uitgang van het
•
stoompijpje (G) zonder de filterhouder (H) te
plaatsen (of plaats de filterhouder, maar zon-
der koffie)
Open de stoomregelaar (O) door hem linksom
•
te draaien.
Druk op een van de twee koffie pictogrammen
•
(Espresso of Lange Espresso, E1 of E2) om
een kleine hoeveelheid water te laten pompen.
Er komt water uit het stoompijpje (G). Wacht
•
tot de waterstraal continu is en druk nogmaals
op hetzelfde kofie pictogram (E1 of E2) om de
waterstroom te stoppen.
Stop de productie door de knop Stoom/Water
•
(O) rechtsom te draaien en te sluiten.
Hierna is het circuit met water gevuld.
•
VULLEN MET KOFFIE
Verwijder de filterhouder (H).
•
Plaats het gewenste filter voor gemalen koffie
•
(J of K) in de filterhouder.
Het filter J (het kleinste filter) kan zowel voor
•
gemalen koffie als papieren koffiepads worden
gebruikt.
Wij bevelen aan dat u natuurlijk geroosterde
•
koffie gebruikt. Gebrande koffie kan de wer-
king van het apparaat negatief beïnvloeden.
Vul het uitneembare filter met gemalen koffie
•
(ongeveer 67 gr koffie per kop).
Wanneer u 1 kop koffie wilt maken, gebruik de
•
maatlepel voor 1 kop en vul de maatlepel ge-
heel (1 lepel); de inhoud van de maatlepel is
goed voor een kop koffie.
Gebruik voor PADs (papieren monodosis) het-
•
zelfde filter voor 1 kop koffie en plaats de mo-
nodosis goed in de houder.
Gebruik voor het zetten van 2 koppen het filter
•
voor 2 koppen koffie en vul het met 2 lepels.
Druk de gemalen koffie vervolgens zacht aan
•
met de achterkant van de lepel.
Beweeg de handgreep van de filterhouder naar
•
achteren voordat u hem in de zetgroep plaatst.
Plaats de filterhouder weer in het apparaat.
•
Plaats de filterhouder onder in de zetgroep en
•
draai hem linksom totdat hij goed vastzit.
Druk de handgreep altijd iets verder door dan
•
het midden zodat hij goed vastzit.
GEBRUIK:
Controleer dat de stoomregelaar (O) geheel
•
gesloten is voordat u de stekker in het stop-
contact steekt.
Het waterreservoir moet gevuld zijn.
•
Steek de stekker in het stopcontact.
•
Zet het apparaat aan door op het symbool aan/
•
uit (F) te drukken.
De pictogrammen (E1 en E2) lichten op en
•
knipperen.
Wacht tot de pictogrammen E1 en E2 ophou-
•
den te knipperen, hetgeen aangeeft dat de
juiste temperatuur bereikt is.
Zet één of twee voorverwarmde koppen onder
•
de filterhouder.
Druk op het gewenste pictogram (espresso,
•
lange espresso).
Het overeenkomstige pictogram gaat knippe-
•
ren.
Het apparaat start het zetten van koffie, pau-
•
zeert kort en gaat verder met zetten.
De koffie begint te lopen.
•
Wanneer de ingestelde hoeveelheid espresso
•
koffie geproduceerd is (espresso of lange es-
presso), stopt het apparaat vanzelf.
Men kan het koffiezetten op elk gewenst mo-
•
ment onderbreken door nogmaals op het over-
eenkomstige pictogram te drukken.
Wacht enkele seconden na het beëindigen van
•
het koffiezetten alvorens de koffiekoppen te
verwijderen.
Verwijder de filterhouder en gooi het koffiedik
•
weg.
Was de filterhouder onder de lopende kraan en
•
droog hem goed af.
Controleer dat het uitneembare filter goed in
•
de filterhouder geplaatst is.
Plaats de filterhouder weer in het apparaat.
•
DE VOORAF INGESTELDE KOFFIEZETTIJ-
DEN WIJZIGEN
Druk gedurende tenminste 5 seconden onaf-
•
gebroken op het overeenkomstige pictogram
(espresso of lange espresso). De koffie blijft
lopen totdat u ophoudt te drukken.
Wanneer het apparaat stopt, blijft deze koffie-
•
zettijd ingesteld voor de volgende keer koffie-
zetten.
Het apparaat onthoudt de tijdsduur die u op
•
deze manier instelt.
De hoeveelheid koffie die wordt geproduceerd
•
voor espresso of lange espresso kan per keer
verschillen en hangt af van het soort koffie en
hoe stevig het is aangedrukt. Desondanks blij-
ven de geprogrammeerde koffiezettijden altijd
constant.
WAARSCHUWING
De stoom kan brandwonden veroorzaken.
•
Wees voorzichtig bij de bereiding. Pak de buis
altijd bij de bescherming beet.
NL