6.
Druk op Initialiseren RFID Tag.
7.
Volg de instructies op het scherm en houd de locatie-RFID tag vóór
de RFID-module van de fotometer.
Een geluidssignaal bevestigt dat het schrijfproces is gelukt.
8.
De locatie-RFID tag kan te allen tijde worden herschreven.
Bevestig daartoe de melding "Locatie-RFID Tag Overschrijven" met
OK.
Data lezen en op het label schrijven
1.
Zet de LOC 100 aan.
2.
Lees de gebruikers-ID in die op de fotometer is geïnitialiseerd, door
de LOC 100 boven de gebruikers-RFID tag te houden en op de
linkertoets te drukken. De LOC 100 probeert gedurende vijf
seconden de tag te lezen. Wanneer de tag met succes is gelezen,
verschijnt de gebruikers-ID op het scherm. (Deze stap is optioneel,
de optie voor het lezen van een gebruikers-ID kan in het
configuratiemenu worden gedeactiveerd).
3.
Lees de locatie-ID die op de fotometer is geïnitialiseerd, door de
LOC 100 boven de locatie-RFID tag te houden en op de linkertoets
te drukken. De LOC 100 probeert gedurende vijf seconden de tag
te lezen. Wanneer de tag met succes is gelezen, verschijnt de
locatie-ID op het scherm.
4.
Schrijf de lege monster-RFID tag door de LOC 100 boven het label
te houden en op de rechtertoets te drukken. Een geslaagde
overdracht wordt op het display bevestigd.
Opmerking: Deze methode kan worden gebruikt om zo vaak als
gewenst is monster-RFID tags te beschrijven. Monster-RFID tags
zijn vaatwasserbestendig. Echter, herhaalde reiniging, in het
bijzonder bij hoge temperaturen, kan de werking van de tag
schaden. Lees de RFID tag uit met de fotometer
RFID tag uit op de
fotometer) om de monster-RFID tag te
controleren.
(Lees de monster-
Nederlands 131