Radio
Zwevend geluid.
• Zet de televisie uit of zet deze weg van het systeem.
• Verplaats mobiele telefoons van het apparaat weg, als er
duidelijk interferentie optreedt.
Op de display van het hoofdapparaat verschijnt
"--:--"
• U hebt het netsnoer voor de eerste keer op een
stopcontact aangesloten of er is onlangs een
stroomonderbreking opgetreden. Zet de klok gelijk.
"ADJUST CLOCK"
• De klok is niet gelijk gezet. Zet de klok gelijk.
"ADJUST TIMER"
• Afspeeltimer is niet ingesteld. Stel de afspeeltimer in.
"ERROR"
• Een onjuiste handeling werd uitgevoerd. Lees de
gebruiksaanwijzing en probeer het opnieuw.
"F61"
• Er is een probleem in de stroomvoorziening.
"IPOD OVER CURRENT ERROR" of
"USB OVER CURRENT ERROR"
• De iPod/iPhone of het USB-apparaat onttrekt teveel
vermogen. Verwijder de iPod/iPhone of het USB-apparaat.
Zet het systeem uit en aan opnieuw.
"NODEVICE"
• De iPod/iPhone of het USB-apparaat is niet aangesloten.
Controleer de aansluiting.
"NO DISC"
• U hebt geen disc geplaatst.
"NO PLAY"
• U hebt een disc geplaatst die het systeem niet kan
afspelen.
• U hebt een USB-apparaat aangesloten dat niet kan
worden afgespeeld. Controleer de inhoud. U kunt alleen
ondersteunde formaten afspelen.
• Als er meer dan 255 albums of mappen zijn (audio en niet-
audio), zullen sommige van de MP3-bestanden in deze
albums misschien niet worden gelezen en afgespeeld. Zet
deze muziekalbums over op een ander USB-apparaat.
U kunt ook het USB-apparaat opnieuw formatteren en
deze muziekalbums opslaan voordat u de andere niet-
audiomappen opslaat.
"NOT MP3/ERROR"
• Een niet-ondersteund MP3-formaat. Het systeem zal in dit
geval de betreffende track overslaan en de volgende track
afspelen.
"NOT SUPPORTED"
• U hebt een iPod/iPhone geplaatst die niet kan worden
afgespeeld.
• Als de iPod/iPhone wel geschikt is, verwijder de iPod/
iPhone dan en sluit het toestel weer aan. Controleer dat
de batterij van de iPod/iPhone niet leeg is.
10
38
"REMOTE " (" " geeft een nummer aan.)
• De afstandsbediening en dit apparaat gebruiken
verschillende codes. Verander de code van de
afstandsbediening.
– Als "REMOTE 1" weergegeven wordt, houd [OK] en [T]
tenminste 4 seconden ingedrukt.
– Als "REMOTE 2" weergegeven wordt, houd [OK] en [R]
tenminste 4 seconden ingedrukt.
"–VBR–"
• Het systeem kan de resterende afspeeltijd van tracks met
variabele bitsnelheid (VBR) niet tonen.
Het geheugen resetten (initialiseren)
Reset het geheugen wanneer de volgende situaties zich
voordoen:
• Het apparaat reageert niet wanneer u de toetsen indrukt.
• U wilt de geheugeninhoud wissen en de oorspronkelijke
instellingen herstellen.
1
Haal de stekker van het netsnoer uit het stopcontact.
Wacht 3 minuten voordat u met stap 2 doorgaat.
2
Terwijl u [1] op het apparaat ingedrukt houdt, sluit
u het netsnoer weer aan.
"– – – – – – – –" wordt weergegeven.
3
Laat [1] los.
Alle instellingen worden nu gereset naar de
oorspronkelijke fabrieksinstellingen.
Het is noodzakelijk de geheugenitems opnieuw in te
stellen.
Code voor de afstandsbediening
Verander de code van de afstandsbediening van dit
systeem wanneer andere apparatuur van Panasonic op de
afstandsbediening van dit systeem reageert.
De code instellen op "REMOTE 2"
1
Houd [CD] op het hoofdapparaat en [R] op de
afstandsbediening ingedrukt tot "REMOTE 2"
verschijnt.
2
Houd [OK] en [R] minstens 4 seconden ingedrukt.
De code instellen op "REMOTE 1"
1
Houd [CD] op het hoofdapparaat en [T] op de
afstandsbediening ingedrukt tot "REMOTE 1"
verschijnt.
2
Houd [OK] en [T] minstens 4 seconden ingedrukt.