OMLAAGBRENGEN VAN HET BOVENSTE VERWARMINGSELEMENT
(ALLEEN BIJ BEPAALDE MODELLEN)
1.
Verwijder de zijroosters (Fig. 3).
2.
Trek het verwarmingselement voorzichtig naar buiten (Fig. 4) en breng het omlaag (Fig. 5).
3.
Om het verwarmingselement terug te plaatsen tilt u het op, trekt u het voorzichtig naar u toe en legt
u het op de daarvoor bestemde zittingen aan de zijkant.
Fig. 3
Fig. 4
VERVANGEN VAN HET LAMPJE
Vervangen van het lampje aan de achterkant (indien aanwezig):
1.
Koppel de oven los van de netvoeding.
2.
Draai het beschermkapje los (Fig. 6), vervang het lampje (zie de opmerking voor het type lampje) en
draai het beschermkapje weer vast.
3.
Sluit de oven weer aan op de netvoeding.
Vervangen van het lampje aan de zijkant (indien aanwezig):
1.
Koppel de oven los van de netvoeding.
2.
Verwijder de zijroosters, indien aanwezig (Fig. 3).
3.
Duw het beschermkapje met een platte schroevendraaier naar buiten en verwijder het (Fig. 7).
4.
Het lampje vervangen (zie voor het type de opmerking) (Fig. 8).
5.
Plaats het beschermkapje terug en duw het tegen de wand om het op de juiste manier te bevestigen
(Fig. 9).
6.
Monteer de zijroosters weer.
7.
Sluit de oven weer aan op de netvoeding.
Fig. 6
Fig. 7
OPMERKING:
-
Gebruik alleen gloeilampen van 25-40W/230V type E-14, T300°C, of halogeenlampen van 20-40W/
230 V type G9, T300°C.
-
De lampjes zijn verkrijgbaar bij de Klantenservice.
BELANGRIJK:
-
Raak halogeenlampjes niet met blote handen aan om te voorkomen dat ze beschadigd worden
door uw vingerafdrukken.
-
Gebruik de oven niet voordat het beschermkapje is teruggeplaatst.
Fig. 5
Fig. 8
Fig. 9
NL72