28
Aansluiting aan de waterleiding
De waterdruk moet zich binnen de grenzen bevinden (zie "Technische gegevens"). Zorg er
voor dat uw waterleidingbedrijf u de gemiddelde leidingwaterdrukwaarden in uw omgeving
geeft.
Zorg er voor dat er geen deuken in de watertoevoerslang zitten en dat de slang niet is
geknakt of ingedeukt.
Plaats de sluitmoer op de juiste manier om waterlekkage te voorkomen.
LET OP!
Sluit het apparaat niet aan nieuwe leidingen aan of aan leidingen die lang niet zijn gebruikt.
Laat het water enkele minuten stromen en sluit dan de toevoerslang pas aan.
De watertoevoerslang heeft een dubbele wand en bevat een hoofdkabel aan de binnenkant
en een veiligheidsklep. De watertoevoerslang staat alleen onder druk als het water stroomt.
Als er een lek in de watertoevoerslang is, onderbreekt de veiligheidsklep het stromende
water.
Wees voorzichtig als u de watertoevoerslang aansluit:
• Laat de watertoevoerslang of de veiligheidsklep niet in het water komen.
• Als de watertoevoerslang of de veiligheidsklep beschadigd is, haal dan onmiddellijk de
stekker uit het stopcontact.
• Laat alleen de Klantenservice de watertoevoerslang met de veiligheidsklep repareren.
WAARSCHUWING!
Gevaarlijke spanning
Afvoerslang
1. Sluit de waterafvoerslang aan op een sifon en maak deze vast onder het werkoppervlak.
Hiermee wordt voorkomen dat het gootsteenwater terug de machine in loopt.
2. Sluit de waterafvoerslang aan een bestaande leiding met een ventilatieopening (mini-
male binnendiameter 4 cm).