Télécharger Imprimer la page

Inventum PW825BG Mode D'emploi page 7

Publicité

Les langues disponibles

Les langues disponibles

| spierpercentAge
Het spierpercentage ligt normaal gesproken binnen het
volgende bereik:
MAN
Leeftijd
weinig
10-14
< 44%
15-19
< 43%
20-29
< 42%
30-39
< 41%
40-49
< 40%
50-59
< 39%
60-69
< 38%
70-100
< 37%
VROUW
Leeftijd
weinig
10-14
< 36%
15-19
< 35%
20-29
< 34%
30-39
< 33%
40-49
< 31%
50-59
< 29%
60-69
< 28%
70-100
< 27%
| botmAssA
Onze botten zijn evenals de rest van ons lichaam aan
natuurlijke opbouw-, afbraak- en verouderingsprocessen
onderhevig. De botmassa neemt tijdens de kindertijd snel
toe en bereikt het maximum bij 30 tot 40 jaar. Met het
toenemen van de leeftijd neemt de botmassa dan weer
af. Met gezonde voeding (vooral calcium en vitamine D)
en regelmatige lichaamsbeweging kunt u de afbraak voor
een groot deel tegengaan. Met gerichte spieropbouw kunt
u de stabiliteit van uw beendergestel extra versterken.
Let op: deze weegschaal geeft niet het calciumgehalte
van de botten weer, maar berekent het gemiddelde
gewicht van alle bestanddelen van de botten (organische
stoffen, anorganische stoffen en vocht).
Let op: verwar botmassa echter niet met botdichtheid.
De botdichtheid kan alleen door middel van medisch
onderzoek (bijvoorbeeld computertomografie,
echoscopie) worden berekend. Daarom zijn conclusies op
grond van veranderingen in de botten en de hardheid van
de botten (bijvoorbeeld osteoperose) niet mogelijk met
deze weegschaal.
normaal
veel
44 - 57%
> 57%
43 - 56%
> 56%
42 - 54%
> 54%
41 - 52%
> 52%
40 - 50%
> 50%
39 - 48%
> 48%
38 - 47%
> 47%
37 - 46%
> 46%
normaal
veel
36 - 43%
> 43%
35 - 41%
> 41%
34 - 39%
> 39%
33 - 38%
> 38%
31 - 36%
> 36%
29 - 34%
> 34%
28 - 33%
> 33%
27 - 32%
> 32%
De botmassa laat zich nauwelijks beïnvloeden, maar
schommelt een klein beetje binnen de beïnvloedende
factoren (gewicht, lengte, leeftijd en geslacht).
| bmr
Het aantal calorieën dat je lichaam verbrandt cq. nodig
heeft in volledige rusttoestand heet ook wel basaal
metabolisme, stofwisseling of grondstofwisseling en wordt
gemeten of uitgedrukt in BMr (Basal Metabolic rate).
Deze waarde is in principe afhankelijk van uw gewicht,
lengte en leeftijd. Het wordt bij de diagnoseweegschaal
in de eenheid kcal/dag aangeduid en aan de hand van
de wetenschappelijk erkende Harris-Benedictformule
berekend. Deze hoeveelheid energie heeft uw lichaam in
elk geval per dag nodig en moet in de vorm van voedsel
weer worden opgenomen in het lichaam. Als u gedurende
een lange periode weinig energie tot u neemt, kan dit
schadelijk zijn voor de gezondheid.
| Amr
De activiteitsomzetting is de hoeveelheid energie die
het lichaam per dag verbruikt in actieve toestand. Het
energieverbruik van een mens stijgt met toenemende
lichaamsactiviteit en wordt bij de diagnoseweegschaal
berekend aan de hand van het ingegeven activiteitsniveau
(1-5). Om het actuele gewicht te behouden moet de
verbruikte energie in de vorm van eten en drinken
dienovereenkomstig opnieuw worden toegediend.
wordt gedurende langere tijd echter minder energie
toegevoerd dan wordt verbruikt, dan haalt het lichaam
het verschil in principe uit de aangelegde vetopslag en
neemt het gewicht af. Wordt gedurende een langere
tijd echter meer energie toegevoerd dan de berekende
totale energieomzetting (AMr), dan kan het lichaam het
energieoverschot niet verbranden. Het overschot wordt
als vet opgeslagen in het lichaam en het gewicht neemt
toe.
| resuLtAten beoorDeLen
Let op dat alleen de langdurige trend telt. Kort durende
gewichtsafwijkingen binnen een paar dagen zijn meestal
het gevolg van vochttekort.
De betekenis van de resultaten richt zich op de
veranderingen van het:
Totaal gewicht en het percentage lichaamsvet en
lichaamsvocht en het spierpercentage evenals op de
tijdsduur waarin deze veranderingen plaatsvinden. Snelle
veranderingen binnen enkele dagen zijn van gemiddelde
veranderingen (binnen enkele weken) en langdurige
veranderingen (maanden) te onderscheiden.
Als basisregel kan gelden dat kortstondige
veranderingen in gewicht bijna alleen veranderingen
van het vochtgehalte betekenen, terwijl gemiddelde en
langdurige veranderingen ook het vet- en spierpercentage
kunnen betekenen.
• Als het gewicht kortstondig daalt, maar het percentage
lichaamsvet stijgt of gelijk blijft dan bent u slechts
vocht verloren - bijv. na een training, saunabezoek of
een crashdieet.
7

Publicité

loading