6.
Bij intensief gebruik wordt het battery pack warm. Laat het battery pack afkoelen tot
kamertemperatuur voordat u met het opladen begint.
7.
Laad de batterijen niet te veel op.
laadtijden gelden alleen voor ontladen battery packs. Het regelmatig plaatsen van een
opgeladen of gedeeltelijk opgeladen battery pack leidt tot overbelasting en celbeschadiging.
Laat de batterijen niet dagenlang in de lader zitten.
8.
Gebruik of laad nooit batterijen op als u vermoedt dat de laatste keer dat ze werden
opgeladen meer dan 12 maanden geleden was. De kans is groot dat het battery pack al
gevaarlijke schade heeft opgelopen (uitputtende ontlading).
9.
Het opladen van batterijen bij een temperatuur van minder dan 10°C veroorzaakt chemische
schade aan de cel en kan brand veroorzaken.
10. Gebruik geen batterijen die tijdens het opladen zijn opgewarmd, aangezien de batterijcellen
gevaarlijke schade kunnen hebben opgelopen.
11.
Gebruik geen battery packs die tijdens het laadproces kromming of vervorming hebben
ondergaan of andere niet-typische symptomen vertonen (vergassen, sissen, barsten,....).
12. Laat het battery pack nooit volledig ontladen (aanbevolen ontladingsdiepte max. 80%). Een
volledige ontlading van het battery pack leidt tot voortijdige veroudering van de battery
packcellen.
13. Laad de batterijen nooit zonder toezicht op.
2. INDELING EN MEEGELEVELDE ELEMENTEN
2.1 Layout (Afb. 1a/1b/5a/6b)
1
Blad - bewegend
2
Blad - vast
3
AAN/UIT-schakelaar
4
Veiligheidsvergrendeling
5
De snoeischaarhoes
6
De snoeischaarbeugel
7
De voedingsaansluiting
8
De telescopische steel
9
De handgreepveiligheidsblokkering
10 De AAN/UIT-schakelaar van de handgreep
11 Klemkoppeling voor telescopische steel
12 De roterende knop
13 Niet beschikbaar voor dit model
14 Bladbeschermer
15 Batterij
16 Batterijlader
17 De bladtussenring
18 De bladgolftussenring
19 De bladmoer
20 De bladschroef
21 De vlinderbout
Overschrijd de maximale laadtijden niet. Deze
27