• Kies dan met de toets "ALARM" of u de instellingen voor High-Alarm (in het display "HI AL") of Low-Alarm ("LO AL")
wilt veranderen.
- Toets "ALARM" 1x kort indrukken -> instellingen voor High-Alarm ("HI AL") wijzigen (alarm bij overschrijden van
een bepaalde meetwaarde)
- Toets "ALARM" 2x kort indrukken -> instellingen voor Low-Alarm ("LO AL") wijzigen (alarm bij onderschrijden van
een bepaalde meetwaarde)
- Toets "ALARM" 3x kort indrukken -> annuleren, terug naar de normale weergave
Er wordt telkens aangegeven, of een alarm is ingeschakeld. Hiervoor wordt in het overeenkomstige
weergavebereik het symbool "HI AL
Als uitsluitend het symbool "
• Druk kort op de toets "SET" tot de gewenste waarde die u wilt instellen, knippert.
• Stel de waarde met de toets "+" of "MIN/MAX" in. Houd de overeenkomstige toets langere tijd ingedrukt voor een
snelle afstelling.
• Zolang de waarde knippert, drukt u kort op de toets "ALARM" om het alarm in of uit te schakelen.
Naargelang u de instellingen voor High-Alarm ("HI AL") of Low-Alarm ("LO AL") wilt uitvoeren, verschijnt bij
het inschakelen van het alarm het symbool "HI AL
Bij een ingeschakelde wektijd verschijnt het symbool "
• Verander met de toets "SET" naar de volgende instelling en ga te werk zoals hierboven beschreven.
• Na het instellen van de laatste waarde en het indrukken van de toets "SET" verlaat u de instelmodus (anders
gedurende 30 seconden geen enkele toets indrukken).
f) Wek- resp. alarmsignaal beëindigen
Weksignaal beëindigen
Als het weksignaal op de ingestelde wektijd wordt geactiveerd, knippert het symbool "
Het weksignaal wordt na 120 seconden automatisch stopgezet. Als het voortijdig moet worden stopgezet, drukt u op
een willekeurige toets. Het weksignaal wordt de volgende dag op de ingestelde tijd opnieuw geactiveerd, zolang u de
wekfunctie niet uitschakelt.
Alarmsignaal stopzetten
Wanneer een ingestelde waarde (vb. de buitentemperatuur) over- of onderschreden wordt, zendt het weerstation een
alarmsignaal uit (duur ca. 120 seconden). Bovendien knippert in het display het bijhorende symbool "HI AL
"LO AL
" in het weergavebereik van de betreffende waarde.
Druk kort op een willekeurige toets om het alarmsignaal voortijdig stop te zetten.
Het overeenkomstige symbool "HI AL
Wanneer de gemeten waarde zich niet langer in het waarschuwingsbereik bevindt, verdwijnen de symbolen
en wordt het alarm opnieuw scherpgesteld.
Daarbij moet u in acht nemen dat de signaaltoon de volgende 3 uur niet nogmaals voor hetzelfde alarm
wordt geactiveerd. Dit moet een continu alarm bij wisselende weersomstandigheden voorkomen.
82
" resp. "LO AL
" wordt aangeduid, es telkens het andere alarm geactiveerd.
" resp "LO AL
" resp. "LO AL
" weergegeven.
".
" boven de tijdsaanduiding.
" boven in de tijdsaanduiding.
" blijft echter knipperen.
" resp.