Afb. 6: Invulflitsen bij daglicht (links zonder, rechts met flits)
9.2 Automatisch invulflitsen
Sommige camera's bieden in hun belichtingspro-
gramma's de mogelijkheid, een automatische
invulflits te activeren of zenden zelfstandig een invul-
flits uit. Met de invulflits kunt u lastige schaduwen
opheffen en bij tegenlichtopnamen een uitgebalan-
ceerde belichting verkrijgen. Een computer gestuurd
meetsysteem van de camera kiest de belichtingstijd,
het werkdiafragma en het flitsvermogen zo, dat het
hoofdonderwerp, net als eveneens de achtergrond,
behoorlijk wordt belicht.
9. Flitstechnieken en flitsfuncties
9.3 Belichtingscorrectie
Sommige camera's bieden de mogelijkheid, de TTL-
belichtingsrefeling te beïnvloeden. Daarbij kunnen op
de camera correctiewaarden van tot + / - 3 stops ( in
derden, c.q. halve stops ) worden voorgekozen.
Vergeet niet, deze functie weer uit te schakelen.
Details vindt u in de gebruiksaanwijzing van uw
camera.
9.4 Flits-belichtingsreeksen
Sommige camera's bieden de mogelijkheid, van een
object een belichtingsreeks op te nemen. Bij het
activeren van deze functie worden bijv. drie opnamen
achterelkaar gemaakt. Van deze opnamen wordt
bijvoorbeeld de eerste van een flitslicht-minus-cor-
rectie ( = minder flitslicht ) voorzien, de tweede
wordt normaal belicht en de derde krijgt een
flitslicht-plus-correctie ( = meer flitslicht ). Details
over deze functie, zowel als over de instelling van de
correctiestappen, vindt u in de gebruiksaanwijzing
van uw camera.
83