3.2.
HDCC72560
Plak de meegeleverde boorsjabloon op de plaats waar u de camera wilt installeren. Boor de benodigde
gaten.
Draai de camerakap, totdat de markering van de camera-bodemplaat en de inkerving in de camerakap
bij elkaar staan (afbeelding 1). Verwijder de camera-bodemplaat met een vlak voorwerp (bijv. een
munt).
Gebruik de meegeleverde pluggen en schroeven om de camera-onderplaat te bevestigen.
Als de kabels vanaf de zijkant worden gelegd, bevestigt u de camera-onderplaat niet
helemaal totdat de camera en de camerakap op hun plek zitten.
Plaats de camera op de camera-onderplaat en monteer de kabel door de muur of vanaf de zijkant. Klik
de camerakap erop en lijn de camera en camerakap uit.
Uitlijning
3.3.
Videokabel aanbrengen
Om het HD TVI-videosignaal van de camera naar een HD-TVI-recorder te sturen, moet een coaxkabel
van het type RG59 met BNC-stekker (male, man) op de aansluiting met de opdruk 'TVI' worden
aangesloten. De kabellengte tot het volgende apparaat mag niet groter zijn dan 500 meter (RG6) resp.
300 meter (RG59).
Als de kabels naast stroomkabels of andere geleidende materialen worden gelegd, kan
de beeldoverdracht van de camera worden gestoord.
Aanbeveling:
Gebruik van ontstoringsfilter TVAC25220 of TVAC25210, om storingen te minimaliseren.
1. Rotatie: 0-360°
2. Kantelen: 0-75°
3. Draaien: 0-360°
11
Nederlands