3. Avvertenze di
sicurezza
3.1 Norme di sicurezza
Per la propria sicurezza personale, come per
quella dei pazienti, e in conformità ai requi-
siti della direttiva 93/42/CEE, osservare le se-
guenti avvertenze per la sicurezza:
•
Leggere attentamente le presenti istru-
zioni per l'uso. Esse costituiscono parte
integrante dell'apparecchio e devono
essere sempre disponibili per la consul-
tazione in qualsiasi momento.
•
Utilizzare l'umidificatore dell'aria solo
per la destinazione d'uso descritta (si
veda "2.1 Destinazione d'uso" a
pagina 11).
•
Non trasportare o ribaltare mai l'appa-
recchio terapeutico con umidificatore
dell'aria inalata montato e pieno. L'ac-
qua potrebbe infiltrarsi nell'apparec-
chio per la terapia e danneggiarlo.
•
Non sistemare l'apparecchio terapeuti-
co con umidificatore dell'aria inalata
montato e pieno al sole o in prossimità
di fonti di calore (ad es. riscaldamento).
La condensa che si forma potrebbe in-
filtrarsi nell'apparecchio per la terapia e
danneggiarlo.
•
Non utilizzare l'umidificatore dell'aria
inalata con o in prossimità di sostanze
facilmente infiammabili o esplosive.
•
Non utilizzare l'umidificatore dell'aria
inalata se l'apparecchio non funziona
correttamente, se i componenti sono
danneggiati e/o se il contatto dell'asta
riscaldante dell'umidificatore è bagna-
to.
Italiano
3. Veiligheidsinstructies
3.1 Veiligheidsbepalingen
Voor uw eigen veiligheid en de veiligheid
van uw patiënten en volgens de eisen van
de richtlijn 93/42/EEG dient u op het volgen-
de te letten:
•
Lees deze gebruiksaanwijzing aandach-
tig door. Zij is bestanddeel van het ap-
paraat en moet te allen tijde
beschikbaar zijn.
•
Gebruik de ademluchtbevochtiger al-
leen voor de beschreven toepassing (zie
"2.1 Toepassingsdoel" op pagina 11).
•
Transporteer of kantel het therapieap-
paraat nooit met gemonteerde en ge-
vulde ademluchtbevochtiger. Daarbij
kan er water in het therapieapparaat lo-
pen en zodoende het apparaat bescha-
digen.
•
Plaats het therapieapparaat met ge-
monteerde en gevulde ademluchtbe-
vochtiger niet in de zon of in de
nabijheid van warmtebronnen (bijv.
verwarming). Het condenswater dat
hierbij ontstaat, kan in het therapieap-
paraat lopen en zodoende het apparaat
beschadigen.
•
De ademluchtbevochtiger niet met of in
de nabijheid van licht brandbare of ex-
plosieve stoffen gebruiken.
•
Gebruik de ademluchtbevochtiger niet
wanneer het apparaat niet behoorlijk
functioneert, wanneer er onderdelen
beschadigd zijn en/of de ademluchtbe-
vochtiger aan het contact van de ver-
warmingsstaaf nat is.
Nederlands
15