5.3
Selectie en montage van de slijp-schijf
Selectie van de slijpschijf
Afhankelijk van het te bewerken oppervlak kan het
apparaat worden uitgerust met drie verschillende
soorten slijpschijven:
Hard: grofslijpen van oppervlakken, slijpen van
randen.
Zacht: universeel voor grof- en fijnslijpen, voor
platte en bolle vlakken.
Superzacht: fijnslijpen van vormstukken, rondin-
gen, cirkelstralen. Niet gebruiken voor randen.
Montage
Met het FastFix-systeem kunnen steunschijven
zonder gereedschap worden verwisseld:
- Zet de schakelaar (1.1) naar rechts op Rotex-
gebogen baan,
- Druk op de spilstop (1.5), richting van de bewe-
ging (3.2) eerst zijwaarts en dan naar voren,
- Draai de betreffende steunschijf van de spil
(schroefdraad rechts),
- Houd de spilstop ingedrukt en schroef de nieuwe
steunschijf vast (let er daarbij op dat het rub-
bermanchet (3.1) correct gemonteerd is!),
- Laat de spilstop los.
Spindelstop alleen bij stilstaande aandrijfspindel
indrukken. Bij een ingedrukte spindelstop mag de
motor niet ingeschakeld worden.
5.4
Schuurmiddelen bevestigen
Het bijpassende Stickfix-schuurpapier en het
Stickfix-schuurvlies kunnen snel en eenvoudig op
de Stickfix-schuurschoen worden aange-bracht.
De zelfhechtende schuurmiddelen worden ge-
woon op de schuurschoen (1.7) gedrukt en door
de hechtlaag van de Stickfix-schuur-schoen stevig
verankerd.
Na het gebruik wordt het Stickfix-schuurpapier
eenvoudig weer verwijderd.
5.5
Polijstmateriaal bevestigen
Om beschadiging te voorkomen, mag PoliStick-
polijstmateriaal (spons, vilt, lamsvel) alleen wor-
den gebruikt op de speciale poetssteun-schijf, die
in plaats van een steunschijf op de machine wordt
gemonteerd.
Het PoliStick-polijstmateriaal wordt net als het
Stickfix-schuurmateriaal eenvoudig op de poets-
steunschijf gedrukt en na het gebruik weer ver-
wijderd.
5.6
Afzuiging
Sluit de machine altijd aan op een afzui-
ging.
Op de afzuigaansluiting (1.4) kan een Festool-
afzuigapparaat met een afzuigslangdiameter van
27 mm worden aangesloten.
5.7
Randbescherming (protector)
De randbescherming (4.1) voorkomt dat de
steunschijf met de rand een vlak aanraakt (bijv.
wanneer hij langs een wand schuurt), waardoor
de machine een terugslag krijgt.
Montage
Schuif de randbescherming op de machine tot hij
inklikt (zie afbeelding 4).
6
Werken met de machine
Bevestig het werkstuk altijd zo, dat het
tijdens de bewerking niet kan bewegen.
Houdt de machine voor een goede geleiding met
beide handen vast aan het motorhuis (1.3) en aan
de tandwielkop (1.8).
De machine niet overbelasten door te veel druk
uit te oefenen! U bereikt het beste schuur-re-
sultaat, wanneer u gelijkmatig druk uitoefend.
Het schuurvermogen en de kwaliteit hangen in
belangrijke mate af van de keuze van het juiste
schuurmiddel.
In de tabellen A en B ziet u de door ons aanbe-
volen instellingen voor verschillende schuur- en
polijstwerkzaamheden.
6.1
Bewerking van metaal
Bij de bewerking van metaal moeten om
veiligheidsredenen de volgende maatre-
gelen in acht worden genomen:
- Voorschakelen van een differentiaal- (FI) veilig-
heidsschakelaar.
- Machine aansluiten op een geschikt afzuig-
apparaat.
- Regelmatig stofafzettingen in het motorhuis van
de machine verwijderen.
Veiligheidsbril dragen.
7
Accessoires, gereedschap
Gebruik voor uw eigen veiligheid alleen
originele Festool accessoires en reser-
veonderdelen.
Festool biedt voor elke toepassing de juiste acces-
soires en het meest geschikte schuur- en polijst-
materiaal. De bestelnummers voor accessoires en
gereedschap vindt u in de Festool-catalogus of op
het Internet onder "www.festool.com".
8
Onderhoud
Als aan de machine wordt gewerkt, dient
altijd de stekker uit het stopcontact te
worden gehaald!
32