SOORT STORING
E10
E11
Als uw koelkast niet goed werkt, dan is dit
mogelijk te wijten aan een klein probleem.
Controleer eerst de volgende punten
voordat u met een elektricien contact
opneemt. Dat bespaart u tijd en geld.
Uw koelkast doet het niet, controleer of:
• De stroom niet uitgevallen is;
• De hoofdschakelaar ingeschakeld is;
• De wandcontactdoos OK is; dit
controleert u door daarop een ander
apparaat aan te sluiten waarvan u weet
dat het goed werkt;
Wat moet ik doen als de koelkast niet
naar behoren functioneert? Controleer
of ;
• Het apparaat niet overladen is met
producten;
• De deuren perfect gesloten zijn;
• Er geen stof is op de condensor;
• Er aan de achterzijde genoeg ruimte is;
BETEKENIS
Dit komt waarschijnlijk
voor nadat:
- een lange stroomstoring
Koelgedeelte is niet
koud genoeg
- er warm voedsel in de
Het koelgedeelte is
te koud
WAAROM
plaatshad;
koelkast is gezet.
Diverse
Normale geluiden;
Krakend (krakend ijs) geluid:
• Tijdens automatisch ontdooien.
• Wanneer het apparaat gekoeld of
verwarmd wordt (door uitzetting van
het materiaal van het apparaat).
Kort kraken: Te horen wanneer de
thermostaat de compressor aan-uit
schakelt.
Compressor geluid (normaal motor
geluid): Dit geluid betekend dat de
compressor naar behoren werkt. De
compressor kan kort meer geluid
maken wanneer deze ingeschakeld
wordt.
Bubbelend geluid en spetteren: Dit
geluid is het gevolg van de stroom
koelvloeistof in de leidingen van het
systeem.
Stromend water geluid: Normaal
geluid van stromend water naar de
opvangbak voor verdamping tijdens
ontdooien. Dit geluid kan gehoord
worden tijdens ontdooien.
NL - 103
WAT MOET U DOEN
1. Stel de koeltemperatuur in
op een lagere waarde of
de snelkoelstand. Dit zal
de foutcode moeten laten
verdwijnen op het moment dat
de vereiste temperatuur bereikt
is. Houd de deuren gesloten
om de juiste temperatuur
sneller te bereiken.
2. Zorg ervoor dat het gebied
voor de luchtkanaalgaten vrij
is en vermijd plaatsing van
voedsel nabij de sensor.
Indien deze waarschuwing
aanhoudt, dient er contact
opgenomen te worden met een
erkende monteur.
1. Controleer of de snelkoelstand
geactiveerd is
2. Verminder de temperatuur van
het koelvak
3. Controleer of de ventilatiegaten
vrij en niet verstopt zijn
Indien deze waarschuwing
aanhoudt, dient er contact
opgenomen te worden met een
erkende monteur.