Informatie Over Het Apparaat; Beschrijving Van Het Apparaat; Overzicht Van Het Apparaat - Trotec TTK 50 S Manuel D'utilisation

Informatie over het apparaat

Beschrijving van het apparaat

Via het condensatieprincipe zorgt het apparaat voor
het automatisch ontvochtigen van ruimten.
De ventilator (8) zuigt de vochtige ruimtelucht aan via
luchtinlaat (10) door
verdamper (2) en de
condensor (3). Op de koude verdamper (2) wordt de
ruimtelucht tot onder het dauwpunt afgekoeld. De in
de lucht opgenomen waterdamp slaat als condens,
resp. rijp neer op de verdamperlamellen. Bij de
condensor (3) wordt de ontvochtigde, afgekoelde
lucht weer verwarmd en met een temperatuur van
ca. 5 °C boven de ruimtetemperatuur weer uitgebla-
zen. De zo bereide, droge lucht wordt weer gemengd
met de ruimtelucht. Door de doorlopende circulatie
van de ruimtelucht door het apparaat wordt de lucht-
vochtigheid in de
Afhankelijk van de luchttemperatuur en de relatieve
luchtvochtigheid druppelt het gecondenseerde water
doorlopend of alleen tijdens de ontdooifasen in de
condensopvangbak (4) en via de geïntegreerde afvo-
eraansluiting in het
condensreservoir (5). Het condensreservoir (5) is uit-
gerust met een vlotter voor het meten van het vulpeil.
Het apparaat is voorzien van een bedieningspaneel (1)
voor de bediening en controle van de werking. Wordt
het maximale vulpeil van het condensreservoir (5) be-
reikt, brandt het controlelampje van het condensre-
servoir ("TANK FULL") op het bedieningspaneel (1)
rood. Het apparaat schakelt uit. Het controlelampje
van het condensreservoir gaat pas weer uit bij het
terugplaatsen van het lege condensreservoir (5).
Optioneel kan het condenswater via een slang aan de
condensaansluiting (12) worden afgevoerd.
E - 2
het luchtfilter (11),
daar achter liggende
opstelruimte verminderd.
daaronder geplaatste
Bedieningshandleiding – Luchtontvochtiger TTK 50 S

Overzicht van het apparaat

9
de
8
7
Nr. Bedieningselement
1 Bedieningspaneel
2 Verdamper
3 Condensor
4 Condensopvangbak
5 Condensreservoir
6 Transportrollen
7 Compressor
8 Ventilator
9 Luchtuitlaat
10 Luchtinlaat
11 Filtergleuf en luchtfilter
12 Afdekking voor het aansluiten van een slang aan de
condensaansluiting
1
2
3
4
5
6
NL
10
11
12