10. Bediening
Neem het apparaat pas in gebruik wanneer u zich met de functies en met deze gebruiksaanwijzing
vertrouwd hebt gemaakt.
Controleer nog een keer of alle aansluitingen correct zijn. Klem na de controle de minpool van de
boordaccu weer aan.
a) Algemene bediening
Toets PWR/MUT (7)
• Met deze toets wordt het apparaat in- en uitgeschakeld en de mute-schakeling geactiveerd.
• Druk bij uitgeschakeld apparaat kort op de toets om het in te schakelen.
• Druk bij ingeschakeld apparaat lang op de toets om het uit te schakelen.
• Druk bij ingeschakeld apparaat kort op deze toets om de mute-functie te activeren. Op het display (4) verschijnt
MUTE. Om de mute-schakeling opnieuw te deactiveren drukt u opnieuw op toets PWR/MUT (7), maar nu kort.
Draaiknop (9)
• Door aan deze regelknop te draaien wordt het volume geregeld.
• Door kort of lang op deze regelknop te drukken kunt u bovendien verschillende menu-instellingen uitvoeren.
• Kort op draaiknop (9) drukken:
BAS > TRE > BAL > FAD > LOUD > EQ > STEREO/MONO > LOC > BEEP
• Lang op draaiknop (9) drukken:
Tijdinstelling > AF ON/OFF > TA SEEK/ALARM > PI MUTE/SOUND > RETUNE S/L > MASK DPI/ALL
• Deze instellingen worden verder achteraan in deze gebruiksaanwijzing onder "Menu-instellingen" verklaard.
Display (4)
• Op het display (4) wordt alle informatie, afhankelijk van de weergegeven audiobron (radio, USB-weergave, enz.)
weergegeven.
99