SensControl Lichtmanagement
Functies van SensControl
Tip
Met behulp van de
bedieningstoetsen
kan de streefwaarde
voor de
verlichtingssterkte
worden gewijzigd en
de
constantlichtregeling
worden
gedeactiveerd/
geactiveerd.
Tip
Met behulp van de
bedieningstoetsen
kan de vertragingstijd
worden aangepast
resp. de
aanwezigheidsherken
ning worden
gedeactiveerd.
Tip
Met behulp van de
bedieningstoetsen
kan de
schakelblokkering
worden geactiveerd/
gedeactiveerd.
Bovendien kan
worden
omgeschakeld tussen
de automatische en
halfautomatische
modus.
Article no.: 00109607/PC 01.17
Lichtmanagement
De functies van SensControl garanderen een hoog comfort op de werkplek en kunnen
het energieverbruik aanzienlijk verminderen.
Constantlichtregeling
De constantlichtregeling van de SensControl stemt de verlichting automatisch af op
de lichtomstandigheden op de werkplek (zonneschijn, bewolkte lucht, gesloten
jaloezieën). Daarvoor vergelijkt een helderheidssensor de verlichtingssterkte op de
werkplek met een instelbare streefwaarde. Als de verlichtingssterkte te laag is, wordt
de ontbrekende lichthoeveelheid bijgeregeld. Is er sprake van te veel licht, dan wordt
de verlichting teruggeregeld. De wijziging wordt met enige vertraging uitgevoerd.
Hierdoor wordt een te snelle en dus onaangename wijziging van de
verlichtingssterkte vermeden.
Aanwezigheidsherkenning
Door de aanwezigheidsherkenning wordt de verlichting automatisch in- resp.
uitgeschakeld. Een passieve infraroodsensor (PIR) bewaakt hiervoor het
detectiebereik (ellips ca. 5 m x 4 m). Zodra iemand zich in het detectiebereik bevindt,
wordt de verlichting automatisch ingeschakeld. Als de constantlichtregeling echter
een verlichtingssterkte registreert die hoger is dan de afzonderlijk instelbare
streefwaarde, dan blijft de verlichting stand-by. Als binnen een instelbare
vertragingstijd niemand in het detectiebereik wordt geregistreerd, dan schakelt de
verlichting automatisch om op stand-by.
Schakelblokkering en automatische modus
Met de schakelblokkering kan het gebruik van de verlichting op schakelbare
contactdozen worden geoptimaliseerd. Bij een geactiveerde schakelblokkering blijft
de verlichting na een onderbreking van de netspanning zo lang in stand-by tot er
aanwezigheid wordt vastgesteld of handmatig wordt ingeschakeld. Als de
schakelblokkering gedeactiveerd is, gaat de verlichting na een onderbreking van de
netspanning automatisch aan.
Met SensControl kan de verlichting op de werkplek automatisch worden geregeld,
zonder dat de gebruiker hoeft in te grijpen. Als de modus halfautomatisch actief is,
wordt de verlichting bij afwezigheid weliswaar automatisch uitgeschakeld, maar de
verlichting moet wel handmatig worden ingeschakeld. Daardoor is een maximale
energiebesparing mogelijk. Onbedoeld inschakelen (bijv. in ruimten dichtbij gangen)
wordt hierdoor vermeden.
Inbrandmodus
Om de levensduur van TC-L verlichtingsmiddelen (tl-lampen) te verlengen, moeten
deze eerst worden ingebrand. Gedurende 100 uur kan de verlichting niet worden
gedimd en herkent geen aanwezigheid. Als de lamp wordt uitgeschakeld, wordt het
inbrandproces onderbroken, wordt de lamp opnieuw ingeschakeld, dan wordt het
proces voortgezet. De status-led knippert permanent in een kort/lang-ritme.
1 NL