NL
Bij het model Silent kan het filterelement worden vervangen
•
door het geluiddichte onderdeel te verwijderen en verder te werk
te gaan zoals bij de modellen AB (fig. 24).
De compressor maakt condenswater dat zich verzamelt in de
•
tank. Het is nodig het condenswater van de tank minstens een
maal per week weg te doen door het afvoerkraantje (fig. 26)
onder de tank open te doen.
Opletten als er samengeperste lucht binnenin de fles zit, het water
zou er met veel kracht kunnen uitkomen. Aangeraden druk 1-2 bar
max.
Het condenswater van de compressor gesmeerd met olie mag niet
weggeworpen worden in de riool of verspreid worden in het milieu
omdat het olie bevat.
VERVANGING OLIE - BIJVULLEN OLIE
De compressor is geleverd met synthetische olie "CompAir CLS
2000". Binnen de eerste 100 werkingsuren is het raadzaam de olie
van het pompsysteem volledig te vervangen. De afvoerdop op het
carter-deksel losschroeven, alle olie eruit laten lopen, de dop terug
vastschroeven (fig. 27 - 28). De olie aanbrengen langs het bovenste
gat van het carter-deksel (fig. 29 - 30) tot het niveau aangeduid op de
stok (fig. 9) of op het verklikkerlichtje (fig. 11) bereikt wordt. De olie
door het bovenste gat van de kop (fig. 30), bij de groepen met een
ketting voorzien voor het bijvullen in die zone, aanbrengen
Elke week het olieniveau van het pompsysteem (fig. 11) controleren
en indien nodig bijvullen.
Voor een werking bij omgevingstemperatuur van -5° C tot + 40° C syn-
thetische olie gebruiken.
De synthetische olie heeft het voordeel dat ze haar kenmerken niet
verliest, noch in de winterperiode noch in de zomerperiode.
De gebruikte olie mag niet in de riool geworpen worden of verspreid
worden in het milieu.
VOOR DE VERVANGING VAN DE OLIE ZICH AAN DE TABEL
HOUDEN
TYPE OLIE
CompAir CLS 2000............................................500
HOE TUSSENKOMEN BIJ KLEINE AFWIJKINGEN
Verlies van water door de klep onder de drukregelaar
Dit ongemak hangt af van een slechte sluiting van de sluitingsklep,
op de volgende wijze tussenkomen (fig. 31).
– De tank volledig drukvrij maken.
– De zeshoekige kop van de klep (A) losschroeven.
– Zowel het rubberen schijfje (B) als de plaats waarop het zit grondig
schoonmaken
– Alles terug perfect monteren.
Luchtverlies
Kan afhangen van een slechte sluiting van een verbinding, alle
verbindingen controleren door ze nat te maken met water en zeep.
De compressor draait maar laadt niet
Coaxiale compressoren: (fig. 32)
– Kan te wijten zijn aan de breuk van de kleppen (C1 - C2) of van
een pakking (B1 - B2) tussenkomen door het beschadigde deel te
vervangen.
Compressoren sleep met ketting: (fig. 33)
– kan te wijten zijn aan de breuk van de kleppen F1 en F2 of van een
pakking (D1 - D2), tussenkomen door het beschadigde deel te
vervangen.
De compressor start niet
Als de compressor moeilijkheden heeft om te starten, controleren:
– of de spanning op het net overeenkomt met die op het plaatje met
gegevens (fig. 14)
– of er geen elektrische verlengsnoeren worden gebruikt met een
foute doormeter of lengte.
– of de werkingsomgeving niet te koud is (lager dan 0° C).
– Voor de serie CLT 054 – CLC - CLV of er geen thermische
bescherming is tussengekomen (fig. 20).
– of er olie in het carter is om de smering te garanderen (fig. 11)
– of het elektrische net gevoed wordt (stekker goed aangesloten,
magnetothermisch, zekeringen niet stuk).
De compressor stopt niet
– Als de compressor niet stopt wanneer de maximum druk bereikt
wordt treedt de veiligheidsklep van de tank in werking. Het is nodig
WERKINGSUREN
32
contact op te nemen met de dichtstbijzijnde geautoriseerde assisten-
tiedienst voor de herstelling.
– Zeker vermijden dat eender welke verbinding met de tank onder
druk wordt losgeschroefd, zich er steeds van vergewissen dat de
tank ontladen is.
– Het is verboden gaten, lassen te maken of moedwillig de tank van
de samengeperste lucht te vervormen.
– Geen handelingen op de compressor uitvoeren zonder eerst de
stekker uit het stopcontact te hebben getrokken.
– Temperatuur in werkingsomgeving 0° C + 35° C
– Geen waterstralen of stralen van ontvlambare vloeistoffen op de
compressor richten.
– Geen ontvlambare voorwerpen in de buurt van de compressor zet-
ten.
– Tijdens de stilstanden in het gebruik de drukregelaar in stand "0"
(OFF) zetten (uit).
– Nooit de luchtstraal op personen of dieren richten (fig. 34).
– De compressor niet transporteren met de tank onder druk.
– Opletten want enkele delen van de compressor zoals kop en
doorvoerbuizen kunnen hoge temperaturen bereiken. Deze onder-
delen niet aanraken om brandwonden te vermijden (fig. 18 - 19).
– De compressor transporteren door hem op te heffen of door ge-
bruik te maken van de speciale grepen of handvaten (fig. 4 - 6).
– Kinderen en dieren moeten ver van de werkingszone van de ma-
chine gehouden worden.
– Als u de compressor gebruikt om te schilderen:
a) Niet werken in gesloten omgevingen of in de nabijheid van open
vlammen.
b) Zich ervan vergewissen dat de omgeving waar gewerkt wordt een
aangepaste luchtverversing heeft.
c) Neus en mond beschermen met een aangepast masker (fig. 35)
– Als de elektrische kabel of de stekker beschadigd zijn de compres-
sor niet gebruiken en zich tot een geautoriseerde assistentiedienst
wenden voor de vervanging ervan met een origineel onderdeel.
– Als de compressor op een boekenrek of een oppervlak hoger dan
de vloer geplaatst wordt moet hij vastgezet worden om te vermijden
dat hij valt tijdens de werking.
– Geen voorwerpen en handen binnenin de beschermingsroosters
steken om fysieke schade en schade aan de compressor te voorko-
men.
– De compressor niet als stomp voorwerp tegenover personen, ding-
en of dieren gebruiken om zware schade te vermijden.
– Als de compressor niet meer gebruikt wordt, altijd de stekker uit het
stopcontact trekken.
OPGELET