Anl_RLE450
16.12.2002 21:30 Uhr
NL
24. Zorg er voor dat alle moeren, bouten en
schroeven goed aangehaald zijn en dat het
toestel zich in een toestand bevindt om er veilig
mee te kunnen werken.
25. Indien een vreemd voorwerp werd geraakt
controleer dan de gazonverluchter op
beschadigingen en voer de nodige herstellingen
uit voordat u het toestel opnieuw start en er mee
werkt.
26. De gazonverluchter mag niet aan de regen
worden blootgesteld. Het gazon mag niet nat of
zeer vochtig zijn.
27. Let er tijdens uw werk op dat u steeds veilig
staat.
28. Leidt de machine enkel stappend.
29. Wees voorzichtig bij het veranderen van
rijrichting op een helling.
30. Wees bijzonder voorzichtig als u de
gazonverluchter omdraait of hem naar u toe
trekt.
31. Zet de gazonverluchter stil als hij moet worden
opgetild voor het transport over andere vlakten
dan gras en als hij van of naar de te verluchten
gazonvlakte moet worden bewogen.
32. Start of bedien de startschakelaar voorzichtig
overeenkomstig de instructies van de fabrikant.
Blijf met uw voeten steeds op voldoende afstand
van de verluchtingsrol.
33. Til de gazonverluchter nooit op of draag hem
nooit terwijl de motor draait.
34. Voordat u het toestel verlaat is de motor stop te
zetten; bovendien moet de netstekker uit het
stopcontact worden getrokken.
35. Laat de motor afkoelen voordat u het toestel
opbergt in een gesloten ruimte.
36. Zet de gazonverluchter stop en trek de
netstekker uit het stopcontact voordat u hem
anders afstelt of reinigt of voordat u controleert of
de netkabel in de war geraakt of beschadigd is.
37. Stopcontacten van aansluitelementen moeten
van rubber, zachte PVC of ander
thermoplastisch materiaal van dezelfde vastheid
zijn of moet bekleed zijn met dit materiaal.
38. Let er op banen te vermijden die de vrije
beweging van de verlengkabel zouden kunnen
hinderen.
39. Zet de motor af:
- voordat u een geblokkeerd onderdeel loszet of
verstoppingen verwijdert,
- voordat u het toestel schoonmaakt, controleert
of werkzaamheden aan het toestel uitvoert,
- nadat u op een hindernis bent gereden.
40. Indien het toestel ongewoon sterk begint te
vibreren, is een onmiddellijke controle vereist.
22
Seite 22
41. Om brandgevaar te voorkomen dient u de motor
vrij te houden van gras, bladeren en mos.
42. Vervang om veiligheidsredenen versleten of
beschadigde onderdelen.
2. Opbouw van het toestel - overzicht
(zie fig. 1)
1. AAN / UIT-schakelhendel
2. Schuifbeugel
3. Schakelaar-stekker-combinatie
4. Kabelontlastingsklemmen
5. Vleugelmoeren
6. Kabelhouder
7. Uitlaatklep
8. Wieldop met hoogteverstelling gazonverluchting
9. Kabelgeleider
3. Korte omschrijving van de
instructiepictogrammen
(zie fig. 2)
1= LET OP !
Vóór inbedrijfstelling gebruiksaanwijzing lezen.
2= Derde personen (of dieren) buiten de
gevarenzone houden.
3= Gehoor- en oogbeschermer dragen.
4= Netstekker uit het stopcontact trekken voordat er
aan de verluchtingsrol wordt gewerkt.
5= Roterende verluchtingsrol
6= Niet met uw handen of voeten onder de
draaiende gazonverluchter komen.
7= Netkabel op afstand houden van het toestel.
Daardoor voorkomt u een vernietiging van de
netkabel door de draaiende verluchtingsrol.
4. Reglementair gebruik
Stroomaansluiting
De gazonverluchter kan worden aangesloten op elke
stopcontact van het lichtnet (220/230 V
wisselstroom). Er is echter slechts één
veiligheidsstopcontact toegestaan die door een
kabelveiligheidsschakelaar voor 16A moet worden
beveiligd. Bovendien moet een 30 mA verliesstroom-
veiligheidsschakelaar voorhanden zijn !