4
Gebruik de motorzaag nooit hoger dan
schouderhoogte en zaag niet met de tip van het
zaagblad. Zaag nooit wanneer u de motorzaag
slechts met één hand vasthoudt!
5
Om volledige controle te hebben over uw
motorkettingzaag is het noodzakelijk dat u stabiel
staat. Werk nooit terwijl u op een trap staat, hoog in
een boom of op plaatsen waar u geen stabiele
ondergrond hebt om op te staan.
6
Zaag met een hoge kettingsnelheid, d.w.z. met
volgas.
7
Wees extra voorzichtig wanneer u met de bovenkant
van het zaagblad zaagt, d.w.z. wanneer u van de
onderkant van het zaagvoorwerp zaagt. Dit wordt
zagen met duwende ketting genoemd. De ketting
duwt de motorzaag dan naar achteren naar de
gebruiker toe. Wanneer de ketting beklemd raakt, kan
de motorzaag naar achteren naar u toe worden
geworpen.
8
Als de gebruiker deze duwende beweging niet
pareert, bestaat het risico dat de motorzaag zo ver
naar achter wordt geduwd dat de terugslagrisico-
sector van het zaagblad het enige contact met de
boom vormt, wat tot terugslag leidt.
115 10 82-20 Rev.2 2008-06-03
ARBEIDSTECHNIEK
9
Basistechniek zagen
Algemeen
•
•
•
•
Zagen met een "duwende" ketting betekent een groter
risico op terugslag. Zie instructies in het hoofdstuk
Maatregelen die terugslag voorkomen.
Benamingen
Zagen = Algemene benaming voor zagen door hout.
Snoeien = Takken van een gevelde boom afzagen.
Splijten = Wanneer het voorwerp dat u door/af wilt zagen
afbreekt voor u de hele zaagsnede aangebracht heeft.
Met de onderkant van het zaagblad zagen, d.w.z. van
de bovenkant van het zaagvoorwerp naar beneden,
wordt zagen met trekkende ketting genoemd. Dan
wordt de motorzaag naar de boom getrokken en de
voorkant van de motorzaaghuis vormt dan een
natuurlijke steun tegen de stam. Bij zagen met
trekkende ketting heeft de gebruiker meer controle
over de motorkettingzaag en waar de terugslagrisico-
sector van het zaagblad zich bevindt.
Volg de vijl- en onderhoudsinstructies voor het
zaagblad en de ketting. Als u het zaagblad en de
ketting vervangt, mag slechts één van de door ons
aanbevolen combinaties gebruikt worden. Zie
instructies in de hoofdstukken Snijuitrusting en
Technische gegevens.
WAARSCHUWING! Gebruik nooit een
!
motorzaag door hem met een hand vast
te houden. U kunt een motorzaag niet
veilig controleren met een hand. Hou de
handgrepen altijd met beide handen
stevig vast.
Geef altijd volgas bij het zagen!
Laat de motor na elke zaagsnede stationair draaien
(als de motor langdurig op volle toeren draait zonder
dat hij belast wordt, d.w.z. zonder de weerstand die de
motor bij het zagen via de ketting ondervindt, kan dit
tot ernstige beschadigingen van de motor leiden).
Vanaf de bovenkant zagen = met "trekkende" ketting
zagen.
Vanaf de onderkant zagen = met "duwende" ketting
zagen.
–
Dutch
113