3. Zet het werkstuk goed vast. Het is veiliger een werkstuk
met klemmen of in een bankschroef vast te zetten dan
het met de hand vast te houden.
4. Inrichten
en
controleren
Controleer of de werkomgeving geschikt is aan de hand
van de voorzorgsmaatregelen.
5. Voorkom dat stof of vuil in de aansluitopening van de
accu terecht komt.
6. Demonteer de accu of acculader niet.
7. Voorkom kortsluiting van de accu. Kortsluiten van de accu
zal resulteren in een grote stroom en oververhitting. Dit zal
resulteren in brandwonden en schade aan de accu.
8. Gooi de accu niet in het vuur. Een brandende accu kan
ontploff en.
9. Breng de accu naar de winkel waar deze gekocht werd,
nadat deze na opladen onvoldoende kracht heeft voor
praktisch gebruik. Gooi een uitgewerkte accu niet
zomaar weg.
10. Steek nooit een voorwerp in de ventilatie-openingen van
de lader. Als er een voorwerp of ontvlambaar materiaal
in de ventilatie-openingen van de acculader wordt
gestoken, kan dit resulteren in een elektrische schok of
beschadiging aan de acculader.
11. Wanneer u een bitje in de sleutelloze boorkop doet, moet
u de klembus voldoende vastdraaien. Als de klembus
niet goed vast zit, kan het bitje slippen of los komen en
letsel veroorzaken.
12. Wanneer u de draaisnelheid verandert met de
toerenschakelaar, moet u eerst controleren of de
hoofdschakelaar
uit
wordt veranderd terwijl de motor nog draait, zal de
overbrenging beschadigd worden.
13. De koppelingsinstelling mag niet in een stand worden gezet
tussen de nummers „1, 3, 5 ... 21" of de stippen in en u mag
de machine niet gebruiken met de koppelingsinstelling
tussen „21" en het streepje in het midden van de
boormarkering. Dit kan schade veroorzaken.
14. De machine laten rusten na continu werk.
15. Na continu vastdraaien van houtschroeven dient u de
machine 15 minuten of zo te laten rusten wanneer u de
accu vervangt. De temperatuur van de motor, schakelaar
enz. zal fl ink stijgen als u direct weer begint te werken
nadat de accu vervangen is, hetgeen uiteindelijk kan
resulteren in doorbranden van de machine.
16. De motor kan tot stilstand komen wanneer het
gereedschap overbelast wordt. Laat de schakelaar
onmiddellijk los wanneer dit gebeurt en verhelp de
oorzaak van de overbelasting.
17. De motor kan plotseling stoppen met draaien wanneer
de machine als boor wordt gebruikt. Wees voorzichtig
dat de boor niet vastloopt en de motor niet plotseling
stopt met draaien wanneer u de machine als boor
gebruikt.
18. Als de motor vastloopt, moet u onmiddellijk de stroom
uitschakelen. Als de motor langere tijd weigert te draaien,
is de motor of de accu mogelijk doorgebrand.
19. Gebruik van de accu in koude omstandigheden (onder
0 graden Celsius) kan soms leiden tot een verminderd
aantrekkoppel en een lagere werktijd. Dit is echter
slechts een tijdelijk verschijnsel en de accu zal weer
normaal functioneren wanneer het weer warmer is.
20. Maak de haak stevig vast. Als de haak niet stevig is
bevestigd, kan dit letsel veroorzaken tijdens het gebruik.
21. Om te voorkomen dat de accu leeg loopt omdat u
vergeten bent het led-lampje uit te zetten, zal het led-
lampje na ongeveer 15 minuten automatisch uit gaan.
22. Kijk niet direct in het licht van het lampje. Dit zou oogletsel
kunnen veroorzaken.
23. Gebruik het gereedschap en de accu altijd bij
temperaturen tussen -5°C en 40°C.
24. Laad de accu altijd op bij een omgevingstemperatuur
van 0–40°C.
van
de
werkomgeving.
staat. Als
de
draaisnelheid
OPMERKINGEN BIJ GEBRUIK
LITHIUM-ION BATTERIJ
De lithium-ion accu is voorzien van een beschermingsfunctie
die volledige ontlading van de accu voorkomt waardoor de
levensduur wordt verlengd.
In geval 1 t/m 3 hieronder kan de motor tijdens het gebruik
van het product tot stilstand komen, zelfs wanneer u de
schakelaar ingedrukt houdt. Dit geeft geen probleem
met het product aan maar wordt veroorzaakt door de
beschermingsfunctie.
1. De motor komt tot stilstand wanneer de accu leeg is.
De accu moet in dit geval onmiddellijk opgeladen
worden.
2. De motor kan tot stilstand komen wanneer het
gereedschap overbelast wordt. Laat de schakelaar in
dit geval onmiddellijk los en verhelp de oorzaak van de
overbelasting. Wanneer u het probleem verholpen heeft
kunt u het gereedschap opnieuw gebruiken.
3. Wanneer de accu oververhit is door overbelasting, kan
het zijn dat de accu niet meer werkt.
In dit geval moet u de accu niet verder gebruiken, maar
deze eerst laten afkoelen. Wanneer u het probleem
verholpen heeft kunt u de accu opnieuw gebruiken.
Gelieve eveneens aandacht te schenken aan volgende
waarschuwing en aandachtspunt.
WAARSCHUWING
Om acculekken, het opwekken van warmte, rookontwikkeling,
explosie en ontsteking bijtijds te vermijden, moet u de
volgende voorzorgsmaatregelen nemen.
1. Zorg ervoor dat er zich geen spaanders en stof op de
accu ophopen.
○ Zorg er tijdens de werkzaamheden voor dat er geen
spaanders en stof op de accu kunnen vallen.
○ Zorg ervoor dat de spaanders en het stof die tijdens het
werk op het elektrisch gereedschap vallen zich niet op
de accu ophopen.
○ Bewaar een ongebruikte accu niet op een plaats waar
deze aan spaanders en stof wordt blootgesteld.
○ Verwijder alle spaanders en stof van een accu voordat u
hem opbergt en bewaar de accu niet op dezelfde plek als
metalen onderdelen (schroeven, spijkers, enz.).
2. Doorboor de accu niet met een scherp voorwerp, zoals
een nagel, klop er niet op met een hamer, stap niet op de
accu, gooi er niet mee en stel hem niet bloot aan zware
fysieke schokken.
3. Gebruik geen zichtbare beschadigde of vervormde accu.
4. Gebruik de accu niet met een omgekeerde polariteit.
5. Sluit hem niet rechtstreeks aan op het stopcontact of op
de sigarettenaansteker in een auto.
6. Gebruik de accu niet voor andere doeleinden dan de in
deze gebruiksaanwijzing genoemde.
7. Wanneer de accu niet kan worden opgeladen, zelfs
nadat de specifi eke oplaadtijd verstreken is, moet u
onmiddellijk stoppen met het opladen.
8. Zorg ervoor dat de accu niet te heet wordt of onder
te grote druk komt te staan en stel hem niet aan deze
omstandigheden bloot, zoals in een magnetron, droger
of een hogedrukcontainer.
9. Houd de accu onmiddellijk uit de buurt van vuur nadat er
een lek of vieze geur is vastgesteld.
10. Gebruik de accu niet op een plek waar een grote
statische elektriciteit wordt opgewekt.
11. In geval van een acculek, vieze geur, warmteontwikkeling,
verkleuring of vervorming, of iets abnormaals tijdens
het gebruik, het opladen of de opslag, moet u de accu
onmiddellijk uit het gereedschap of de lader halen en
moet u het gebruik ervan stoppen.
31
Nederlands