Storing
Er klinkt een waar-
schuwingssignaal, het
temperatuurdisplay
(vriesvak) en
"alarm" knipperen.
Het deuralarm is inge-
schakeld.
Temperatuurdisplays
en
"alarm" branden.
Er klinkt een waar-
schuwingssignaal, de
ingestelde tempera-
tuur (vriesvak) en
"alarm" knipperen.
Temperatuuralarm is
ingeschakeld.
Ingestelde tempera-
tuur wordt niet bereikt.
Volautomatische ont-
dooien werkt niet
meer.
Temperatuur wijkt erg
af van de instelling.
Oorzaak en probleemoplossing
Vriesvakdeur is open.
Sluit de vriesvakdeur.
▶
Er is een sensor defect.
Neem contact op met de servicedienst.
▶
Het nummer van de servicedienst vindt u in het bij-
gevoegde overzicht van servicediensten.
Verschillende oorzaken zijn mogelijk.
Druk op
alarm.
▶
Schakel het alarm uit.
a
Externe ventilatieopeningen zijn afgedekt.
Verwijder hindernissen vóór de externe ventilatie-
▶
openingen.
Er zijn grotere hoeveelheden verse levensmiddelen in-
geruimd.
Overschrijd het vriesvermogen niet.
▶
→ "Invriescapaciteit", Pagina 116
De deur van het vriesvak was te lang geopend. Er zit
heel veel ijs op de verdamper (koudegenerator) in het
NoFrost-systeem.
Vereiste: De diepvrieswaren zijn goed geïsoleerd en
worden op een koele plaats bewaard.
Schakel het apparaat uit. → Pagina 110
1.
Koppel het apparaat los van de voedingspanning.
2.
Haal stekker van het netsnoer uit het stopcontact
trekken of schakel de zekering in de meterkast uit.
Neem contact op met de servicedienst.
3.
Het nummer van de servicedienst vindt u in het bij-
gevoegde overzicht van servicediensten.
Verschillende oorzaken zijn mogelijk.
Schakel het apparaat uit. → Pagina 110
1.
Schakel het apparaat na ca. 5 minuten opnieuw in.
2.
→ Pagina 109
Als de temperatuur te hoog is, controleer dan de
‒
temperatuur na een paar uur opnieuw.
Als de temperatuur te laag is, controleer de tem-
‒
peratuur dan de volgende dag opnieuw.
Storingen verhelpen nl
121