het pijlteken op het gereedschapshuis. Voor het minimumaandraaikoppel kiest u 1 en voor het maximumaandraai-
koppel kiest u 21.
Alvorens met het eigenlijke werk te beginnen, draait u eerst een testschroef in uw werkstuk of een stuk identiek
materiaal, om te bepalen welk aandraaikoppel het meest geschikt is voor een bepaalde toepassing.
Koppelaanduiding
1
Kolomschroef
M4
Hout-
Zacht-
schroef
hout
(bijv.
naald-
hout)
Hard-
hout
(bijv.
meranti)
OPMERKING: De instelring wordt niet vergrendeld wanneer het pijlteken tussen twee koppelaanduidingen in
staat.
MONTAGE
LET OP:
Zorg altijd dat het gereedschap is
uitgeschakeld en de accu ervan is verwijderd
alvorens enig werk aan het gereedschap uit te
voeren.
De zijhandgreep (hulphandgreep)
aanbrengen
► Fig.9: 1. Zijhandgreep 2. Uitsteeksel 3. Groef
4. Arm
Gebruik altijd de zijhandgreep om verzekerd te zijn van
een veilig gebruik.
Breng de zijhandgreep zodanig aan dat de uitsteeksels
op de arm in de groef in de schacht van het gereed-
schap vallen. Draai de zijhandgreep rechtsom om hem
te bevestigen. De zijhandgreep kan onder de gewenste
hoek worden vastgezet.
Het schroefbit/boorbit aanbrengen
of verwijderen
► Fig.10: 1. Bus 2. Dicht 3. Open
Draai de klembus linksom los om de klauwen te ope-
nen. Plaats het schroefbit/boorbit zo ver mogelijk in de
spankop. Draai de klembus rechtsom om het bit in de
spankop vast te zetten. Om het schroefbit/boorbit te
verwijderen, draait u de klembus linksom.
De haak aanbrengen
WAARSCHUWING:
bevestigingsmiddelen alleen waarvoor ze bedoeld
zijn, d.w.z. ophangen aan een gereedschapsgor-
del tussen werkzaamheden of tijdens pauzes.
WAARSCHUWING:
haak niet overbelast wordt aangezien een te hoge
kracht of onregelmatige overbelasting kan leiden
tot beschadiging van het gereedschap met per-
soonlijk letsel tot gevolg.
2
3
4
5
6
M5
–
ø3,5 x 22
–
ø3,5 x 22
Gebruik de opgang-/
Wees voorzichtig dat de
7
8
9
10
11
12
M6
ø4,1 x 38
-
ø4,1 x 38
LET OP:
deze altijd stevig met de schroef. Als u dit niet doet,
kan de haak losraken en tot persoonlijk letsel leiden.
LET OP:
schap veilig hangt voordat u het loslaat. Door
onzorgvuldig of ongebalanceerd ophangen kan het
gereedschap eraf vallen en persoonlijk letsel worden
veroorzaakt.
► Fig.11: 1. Gleuf 2. Haak 3. Schroef
De haak is handig om het gereedschap tijdelijk op
te hangen. De haak kan aan iedere zijkant van het
gereedschap worden bevestigd. Om de haak te beves-
tigen, steekt u deze in een gleuf op een zijkant en zet
u hem vast met de schroef. Om de haak eraf te halen,
draait u de schroef los en haalt u de haak eraf.
Het gat gebruiken
WAARSCHUWING:
nooit voor iets waar het niet voor bedoeld is,
bijvoorbeeld om het gereedschap mee vast te
binden op een hoge plaats. Stuikdruk in een zwaar
belast gat kan het gat beschadigen, waardoor letsel
kan ontstaan bij u of mensen rondom of onder u.
► Fig.12: 1. Ophanggat
Gebruik het ophanggat achteraan de onderkant van
het gereedschap om het gereedschap aan een muur te
hangen met behulp van een ophangkoord of soortgelijk
touw.
De schroefbithouder aanbrengen
Optioneel accessoire
► Fig.13: 1. Schroefbithouder 2. Schroefbit
Pas de schroefbithouder op de uitstekende nok aan
de voet van het gereedschapshuis, links of rechts naar
keuze, en zet de bithouder vast met een schroef.
Wanneer u het schroefbit niet gebruikt, kunt u het in de
schroefbithouders opbergen. Schroefbits van 45 mm
lengte kunnen hier worden bewaard.
40 NEDERLANDS
13
14
15
16
17
–
ø5,1 x 50
-
ø5,1 x 50
Als u de haak aanbrengt, bevestigt u
Verzeker u ervan dat het gereed-
Gebruik het ophanggat
18
19
20
21
-
-