WerkinG - Algemeen
Het apparaat is alleen bedoeld voor huishoudelijke
doeleinden, niet voor professioneel gebruik.
1. Ventilatorkorf
2. Ventilatorvinnen
3. Schakelaar met standen
4. Motor
5. Standaard met rubberen voetjes
6. Snoer met stekker
WerkinG - Vóór het eerste gebruik
Haal de ventilator uit de verpakking.
WerkinG - Ventileren
1. Plaats de ventilator op een vlakke, schone vloer.
2. Draai de voorkant van de ventilator in de richting
van de plaats waar u wilt ventileren. U kunt ook
instellen of de ventilator iets omlaag, naar voren
of schuin omhoog blaast, kantel de korf in de
gewenste positie.
3. Stop de stekker in het stopcontact.
4. Stel de ventilator in werking door de schakelaars
in te drukken:
a. Stand 1 , de ventilator draait langzaam.
b. Stand 2, de ventilator draait normaal.
c. Stand 3, de ventilator draait snel.
5. Stop de ventilator door de draaischakelaar naar
de stand o te draaien.
Het is niet aan te raden om personen lang aan een koude luchtstroom bloot te stellen (in het bijzonder
kleine kinderen en oude mensen).
reiniGinG en onderhoud
Na verloop van tijd kan er stof blijven zitten tussen de spaken van de ventilatorkorf en op de ventilatorvinnen.
Probeer eerst met een handveger en/of stofzuiger het stof te verwijderen. Lukt dit niet, dan kunt u de
ventilator uit elkaar halen en reinigen:
1. Trek de stekker uit het stopcontact.
2. Draai de vergrendelingen langs de omtrek van
de ventilatorkorf een kwartslag.
3. Verwijder met een kruiskopschroevendraaier
de kruiskopschroef aan de onderzijde van de
ventilatorkorf.
4. Neem de voorzijde van de ventilatorkorf weg.
5. Reinig de ventilatorvinnen met een vochtige
doek. Droog goed na met een droge doek.
6. Reinig zonodig het motorhuis met een droge
doek of kwast.
7. Plaats de voorzijde van de ventilatorkorf terug.
Zorg dat de vork op de korfomtrek achter de
korfomtrek van het vaste korfdeel haakt. Doe dit
zo, dat ook de gaten voor de kruiskopschroef op
Gebruikershandleiding
1
4
3
2
4
5
6