Voeding
Het gereedschap mag alleen worden aangesloten op
een voeding van dezelfde spanning als aangegeven
op het typeplaatje, en kan alleen worden gebruikt op
enkelfase-wisselstroom. Het gereedschap is dubbel-ge-
isoleerd en kan derhalve ook op een niet-geaard stop-
contact worden aangesloten.
Geluidsniveau
De typische, A-gewogen geluidsniveaus zijn gemeten
volgens EN62841-3-9:
Geluidsdrukniveau (L
): 91 dB (A)
pA
Geluidsvermogenniveau (L
Onzekerheid (K): 3 dB (A)
OPMERKING: De opgegeven geluidsemissiewaar-
de(n) is/zijn gemeten volgens een standaardtestme-
thode en kan/kunnen worden gebruikt om dit gereed-
schap te vergelijken met andere gereedschappen.
OPMERKING: De opgegeven geluidsemissiewaar-
de(n) kan/kunnen ook worden gebruikt voor een
beoordeling vooraf van de blootstelling.
WAARSCHUWING:
WAARSCHUWING:
dens het gebruik van het elektrisch gereedschap
in de praktijk kan verschillen van de opgegeven
waarde(n) afhankelijk van de manier waarop het
gereedschap wordt gebruikt, met name van het
soort werkstuk waarmee wordt gewerkt.
WAARSCHUWING:
heidsmaatregelen worden getroffen ter bescher-
ming van de gebruiker die zijn gebaseerd op een
schatting van de blootstelling onder praktijkom-
standigheden (rekening houdend met alle fasen
van de bedrijfscyclus, zoals de tijdsduur gedurende
welke het gereedschap is uitgeschakeld en statio-
nair draait, naast de ingeschakelde tijdsduur).
Verklaringen van conformiteit
Alleen voor Europese landen
De verklaringen van conformiteit zijn bijgevoegd in
Bijlage A bij deze gebruiksaanwijzing.
VEILIGHEIDSWAAR-
SCHUWINGEN
Algemene
veiligheidswaarschuwingen voor
elektrisch gereedschap
WAARSCHUWING Lees alle veiligheidswaar-
schuwingen, instructies, afbeeldingen en techni-
sche gegevens die bij dit elektrisch gereedschap
worden geleverd. Als niet alle onderstaande instructies
worden opgevolgd, kan dat leiden tot een elektrische
schok, brand en/of ernstig letsel.
): 102 dB (A)
WA
Draag gehoorbescherming.
De geluidsemissie tij-
Zorg ervoor dat veilig-
Bewaar alle waarschuwingen en
instructies om in de toekomst te
kunnen raadplegen.
De term "elektrisch gereedschap" in de veiligheidsvoor-
schriften duidt op gereedschappen die op stroom van
het lichtnet werken (met snoer) of gereedschappen met
een accu (snoerloos).
Veiligheid op de werkplek
1.
Zorg dat uw werkomgeving schoon is en hel-
der verlicht. Op een rommelige of donkere werk-
plek gebeuren vaker ongevallen.
2.
Gebruik elektrisch gereedschap niet in een
explosieve atmosfeer, zoals in de buurt van
licht ontvlambare vloeistoffen, gassen of stof.
Elektrisch gereedschap wekt vonken op die het
stof of de dampen kan doen ontbranden.
Houd kinderen en omstanders uit de buurt tijdens
3.
het gebruik van elektrisch gereedschap. Als u afgeleid
wordt, kunt u de macht over het gereedschap verliezen.
Elektrische veiligheid
1.
Let op dat de stekker van het gereedschap goed
in het stopcontact past. Probeer nooit om de net-
snoerstekker op enige wijze aan te passen. Gebruik
met geaard elektrisch gereedschap (met aardaan-
sluiting) nooit een adapter of verloopstekker. Met
de standaardstekker in een overeenkomstig stopcon-
tact verkleint u de kans op een elektrische schok.
2.
Voorkom aanraking met geaarde oppervlak-
ken, zoals pijpen, radiatoren, fornuizen of
koelkasten. De kans op een elektrische schok is
groter wanneer uw lichaam is geaard.
Stel elektrisch gereedschap niet bloot aan
3.
regen of natte omstandigheden. Als water bin-
nendringt in het elektrisch gereedschap, wordt de
kans op een elektrische schok groter.
Behandel het snoer voorzichtig. Til het gereed-
4.
schap niet aan het snoer op en trek er niet aan
maar pak de stekker vast om die uit het stop-
contact te verwijderen. Houd het netsnoer uit de
buurt van hitte, olie, scherpe randen en bewe-
gende delen. Beschadigde en in de war geraakte
snoeren verhogen de kans op een elektrische schok.
5.
Bij gebruik van elektrisch gereedschap bui-
tenshuis, gebruikt u een verlengsnoer dat
geschikt is voor gebruik buitenshuis. Een ver-
lengsnoer dat geschikt is voor gebruik buitenshuis
verkleint de kans op elektrische schokken.
Als het onvermijdbaar is een elektrisch gereed-
6.
schap te gebruiken in een vochtige omgeving,
gebruikt u een voeding met een reststroombe-
veiliging (RCD). Het gebruik van een RCD ver-
kleint de kans op elektrische schokken.
7.
Wij adviseren u altijd gebruik te maken van
een voeding met RCD met een nominale rest-
stroom van 30 mA of lager.
Elektrische gereedschappen kunnen elek-
8.
tromagnetische velden (EMF) genereren die
ongevaarlijk zijn voor de gebruiker. Echter,
gebruikers met een pacemaker of andere soort-
gelijke medische apparaten dienen voor advies
contact op te nemen met de fabrikant van hun
apparaat en/of een dokter voordat ze dit elektrisch
gereedschap gebruiken.
78 NEDERLANDS