Verhelpen van storingen
9
Verhelpen van storingen
Fout
Het toestel werkt niet,
led brandt niet.
Het toestel koelt niet
(stekker is ingestoken,
led „POWER" brandt).
Het toestel koelt niet
(stekker is ingestoken,
led „POWER" knippert
oranje, display is uitge-
schakeld).
Bij gebruik met de
gelijkstroomuitgang:
Het contact is aan, het
toestel werkt niet en
de led brandt niet.
148
Mogelijke oorzaak
Er werd geen spanning
herkend aan de
gelijkstroomuitgang.
Op het wisselspanning-
stopcontact staat geen
spanning.
Toestelzekering is
defect.
De geïntegreerde
netadapter is defect.
Compressor defect.
Accumonitor is te hoog
ingesteld.
Accuspanning is te laag. Controleer de accu en laad hem indien
De gelijkstroomuitgang
is vervuild. Dit heeft een
slecht elektrisch con-
tact tot gevolg.
De zekering van de
gelijkstroom-stekker is
doorgebrand.
De DC-zekering in het
toestel is doorgebrand.
De voertuigzekering is
doorgebrand.
Voorstel tot oplossing
In de meeste voertuigen moet het con-
tact worden ingeschakeld om de
gelijkstroomuitgang te activeren.
Probeer een ander stopcontact.
Vervang de toestelzekering, zie hoofd-
stuk „Wisselstroomzekering vervangen"
op pagina 146.
Deze kan alleen worden gerepareerd
door een geautoriseerde reparatiewerk-
plaats.
Deze kan alleen worden gerepareerd
door een geautoriseerde reparatiewerk-
plaats.
Selecteer een lagere accumonitorinstel-
ling.
nodig op.
Als de stekker van uw koelbox in de
gelijkstroomuitgang zeer heet wordt,
moet ofwel de gelijkstroomuitgang wor-
den gereinigd of is de stekker niet cor-
rect in elkaar gezet.
Vervang de zekering in de gelijkstroom-
stekker, zie hoofdstuk „Zekering van
gelijkstroomstekker vervangen" op
pagina 147.
Deze kan alleen worden gerepareerd
door een geautoriseerde reparatiewerk-
plaats.
Vervang de gelijkstroom-uitgangszeke-
ring van het voertuig. Zie de bedienings-
handleiding van uw voertuig.
CFX
NL