Publicité
Les langues disponibles
Les langues disponibles
GP-FLEX-55/110
1. Koppel de minpool van de accu los.
2. Sluit de rode draad van de verlengkabelboom (afb. 1, pagina 3, 1) aan op de pluspool van het zonnepaneel
(afb. 1, pagina 3, 2).
3. Sluit de zwarte draad van de verlengkabelboom (afb. 1, pagina 3, 3) aan op de minpool van het zonnepa-
neel (afb. 1, pagina 3, 4).
4. Bij gebruik van meerdere zonnepanelen sluit u de pluspool (afb. 1, pagina 3, 2) van het ene paneel aan op
de minpool (afb. 1, pagina 3, 5) van het volgende paneel.
5. Monteer de zonnelaadregelaar met bevestigingen in de buurt van de accu's (afb. 4, pagina 6, 2).
6. Leg de verlengkabelboom (afb. 3, pagina 5, 3) door de kabelgoot (afb. 3, pagina 5, 4) naar de laadrege-
laar voor zonne-energie (afb. 3, pagina 5, 5).
7. Sluit de laadregelaar voor zonne-energie (afb. 4, pagina 6, 2) aan op de accu (afb. 4, pagina 6, 4).
8. Voor het aansluiten van meerdere accu's in serie, zie afb. 5, pagina 7. Voor het parallel aansluiten van meer-
dere accu's, zie afb. 6, pagina 8.
9. Dek alle blootliggende delen van de bedrading aan de buitenkant van het voertuig af met waterdichte afdich-
tingstape (afb. 1, pagina 3, 6).
10. Sluit de verlengkabelboom (afb. 4, pagina 6, 1) aan op de klemmen van de laadregelaar voor zonne-energie
(afb. 4, pagina 6, 3).
11. Sluit de minpool van de accu van het voertuig weer aan.
6.4 De installatie controleren
1. Zorg ervoor dat de zonnepanelen zich in het zonlicht bevinden.
2. Bevestig een ampèremeter rond de pluspool van het zonnepaneel tussen de laadregelaar voor zonne-energie
en de accu's.
3. Schakel een verbruiker in die is aangesloten op de accu's.
4. Let op de ampèremeter voor de stroomafgifte van de laadregelaar voor zonne-energie naar de accu's.
5. Als er geen stroomafgifte wordt waargenomen, controleert u alle aansluitingen en de zekering opnieuw.
I
INSTRUCTIE
Het kan tot een minuut duren voordat de laadregelaar voor zonne-energie begint met
opladen, dus er kan een vertraging zijn voordat de stroom op de ampèremeter wordt
geregistreerd.
7 Reiniging en onderhoud
A
LET OP! Gevaar voor schade
• Reinig de zonnepanelen nooit met een hogedrukreiniger.
• Gebruik geen scherpe of harde voorwerpen, schurende reinigingsmiddelen of
bleekmiddel bij het reinigen. Daardoor kunnen de zonnepanelen beschadigd
raken.
➤ Reinig de zonnepanelen maandelijks met water en een zachte doek of spons. Er kan een mild, niet-schurend
reinigingsmiddel worden gebruikt voor het verwijderen van hardnekkige resten.
➤ Reinig de zonnepanelen vaker tijdens drogere maanden, omdat ze sneller met stof bedekt kunnen raken.
➤ Controleer de buitenkant regelmatig op barsten, ontbrekende of defecte onderdelen.
➤ Vervang de afdichtingen indien nodig.
NL
Reiniging en onderhoud
57
Publicité
