slijpen op pagina 108 voor instructies. We raden aan de
snijdiepte bij te stellen na elke derde kettingslijpbeurt.
We raden u aan onze dieptesteller voor de tanddiepte te
gebruiken, om de juiste maat voor de tanddiepte en de
juiste hoek van de dieptestellernok te krijgen.
1. Gebruik een platte vijl en een dieptestelgereedschap
om de hoogte van de dieptesteller aan te passen.
Gebruik alleen een door Husqvarna aanbevolen
dieptestelgereedschap om de juiste tanddiepte en
diepte-instelling te verkrijgen.
2. Plaats de dieptesteller op de zaagketting.
Let op:
Zie de verpakking van de dieptesteller
voor meer informatie over het gebruik.
3. Gebruik de platte vijl om het gedeelte van
de dieptesteller te verwijderen dat boven de
dieptesteller uitsteekt.
De spanning van de zaagketting afstellen
WAARSCHUWING:
zaagketting die niet correct is gespannen,
kan losschieten uit het zaagblad en ernstig
of dodelijk letsel veroorzaken.
Een zaagketting rekt uit tijdens gebruik. Stel de
zaagketting regelmatig af.
1. Maak de zaagbladmoeren los waarmee het
koppelingsdeksel en de kettingrem zijn vergrendeld.
Gebruik een moersleutel.
Let op:
Sommige modellen hebben slechts één
zaagbladmoer.
1270 - 010 - 25.09.2023
2. Draai de zaagbladmoeren met de hand zo vast
3. Til de voorkant van de geleider op en draai
4. Span de zaagketting aan totdat deze strak tegen
5. Draai de zaagbladmoeren vast met de moersleutel
6. Controleer of de zaagketting gemakkelijk met de
Let op:
81 voor de positie van de kettingspanschroef op uw
product.
Smering van de zaagketting
Een
controleren
1. Start de motor en laat deze op driekwart van het
2. Als de kettingsmering correct is, ziet u na 1 minuut
mogelijk aan.
de stelschroef van de ketting aan. Gebruik een
moersleutel.
het zaagblad aanligt maar toch nog met gemak kan
bewegen.
en til hierbij tegelijkertijd de voorzijde van het
zaagblad omhoog.
hand kan worden rondgedraaid en of deze niet
doorhangt aan de onderkant van het zaagblad.
Productoverzicht op pagina
Raadpleeg
maximale toerental draaien. Houd het zaagblad
ongeveer 20 cm boven een oppervlak in een lichte
kleur.
een duidelijke olielijn op het oppervlak.
109