1. Druk op het gemarkeerde deel van de si-
fon in het wasverzachter compartiment
en trek de lade dan naar u toe om het te
verwijderen.
2. Til de sifon op en verwijder hem langs
achter zoals weergegeven.
3. Spoel de lade en sifon af in de wastafel
met veel warm water. Gebruik hand-
schoenen of een geschikte borstel om
contact te vermijden van eventuele res-
ten in de lade met uw huid.
4. Breng de sifon en de lade stevig aan na
de reiniging.
7.2 Het reinigen van de laaddeur en
de trommel
Zie voor producten met een trommelreini-
gingsprogramma het hoofdstuk 'Bediening
van het product'.
Herhaal het trommelreiningsproces
elke 2 maanden.
OPMERKING: Gebruik een anti-
kalkmiddel dat geschikt is voor
wasmachines.
Zorg na elke wasbeurt dat er geen vreemde
stof in het product achterblijft.
Als de gaten in de deurpakket zoals ge-
toond in de afbeelding verstopt zijn kunt u
deze openen met een tandenstoker.
Vreemde metalen stoffen veroorzaken
roestvlekken in de trommel. Reinig de vlek-
ken op het trommeloppervlak met reini-
gingsmiddelen voor roestvrij staal.
Gebruik nooit staalwol. Deze zullen de ge-
lakte, verchroomde en plastic oppervlakken
beschadigen.
We raden aan de deurpakking en het glas
van de deur af te nemen met een droge en
schone doek aan het einde van het pro-
gramma. Dit verwijdert eventuele resten op
de deurpakking van uw machine en voor-
komt onaangename geurtjes.
7.3 Het product en het bedienings-
paneel reinigen
Neem het product af met water en zeep of
indien nodig met een niet-schurende milde
reinigingsgel, en droog met een zachte
doek.
Gebruik enkel een zachte en vochtige doek
om het bedieningspaneel te reinigen. Ge-
bruik geen reinigingsmiddelen met bleek-
middel.
7.4 Reinig de watertoevoerfilters
Er bevindt zich een filter aan het uiteinde
van elke watertoevoerklep aan de achter-
kant van de PRODUCTEN en ook aan het
uiteinde van elke watertoevoerslang waar
deze aangesloten zijn op de kraan. Die fil-
ters voorkomen dat vreemde substanties
en vuil in het water in het product terecht
komen. De filters moeten worden gereinigd
als ze vuil worden.
1. Sluit de kranen.
2. Verwijder de moeren van de watertoe-
voerslangen om bij de filters op de wa-
tertoevoerkleppen te komen en reinig ze
NL / 39