BEDIENING
Ovenfuncties
1. Verwijder de geëmailleerde bakplaat.
2. Plaats het gerecht op het ovenrooster.
3. Druk op de magnetrontoets om de magnetronfunctie te activeren.
▷ Op het display verschijnen '01:00', '800' en het pictogram van de
magnetronfunctie.
▷ Wijzig indien nodig de bereidingstijd en/of het
magnetronvermogen.
4. Druk voor het aanpassen van de bereidingstijd op de klok/
temperatuur-toets en voor het aanpassen van het vermogen op de
magnetrontoets.
5. Stel de bereidingstijd of het vermogen in met schuifregelaar of de
toetsen "- / +".
▷ De waarden zijn aan te passen zolang ze knipperen.
6. Druk op de start/pauzetoets om het bereidingsproces te starten.
▷ Er klinkt een signaal wanneer het bereidingsproces klaar is.
De ventilator blijft nog een tijdje doorgaan voordat deze zichzelf
uitschakelt.
De combimagnetron gaat na 5 minuten automatisch naar stand-by
indien u de start/pauzetoets niet indrukt.
1. Druk op de ovenfunctietoets om een ovenfunctie te activeren.
▷ Op het display verschijnen de temperatuur en het
ovenfunctiepictogram.
2. Selecteer een ovenstand met de ovenfunctietoets.
▷ De verschillende ovenfunctiepictogrammen verschijnen in de
display.
▷ U kunt desgewenst de tijd en/of de temperatuur van elke stand
wijzigen.
3. Druk hiervoor op de klok/temperatuur-toets.
▷ De tijd of temperatuur (instelling) gaat knipperen.
4. Stel de gewenste tijd/temperatuur in met de schuifregelaar of de
toetsen "- / +".
De instelmogelijkheden hangen af van de gekozen ovenfunctie.
5. Druk op de start/pauzetoets om het bereidingsproces te starten.
▷ Er klinkt een signaal wanneer het bereidingsproces klaar is.
▷ De ventilator blijft enige tijd doorgaan en stopt daarna
automatisch.
De combimagnetron gaat na 5 minuten automatisch naar stand-by
indien u de start/pauzetoets niet indrukt.
NL 15